De overname van het merk Opel door onderdelenleverancier Magna stuit op bezwaren bij Volkswagen. Dit concern voorziet oneerlijke concurrentie en belangenverstrengeling.

Volkswagen is niet blij dat het concurrerende merk Opel gered is door het Canadees-Oostenrijkse concern Magna. De Volkswagen Groep vreest concurrentievervalsing en belangenverstrengeling.

De Volkswagen-merken redden zich ondanks de economische crisis nog steeds met eigen geld. Magna echter, krijgt 1,5 miljard euro van de Duitse overheid om het merk Opel weer levensvatbaar te maken en banen te behouden. Deze overheidssteun riekt naar oneerlijke concurrentie, stelt Volkswagen terecht vast. Het is natuurlijk zuur dat juist een slechtlopend merk ‘beloond’ wordt met zoveel geld.

Maar Volkswagen heeft meer bezwaren tegen de overname. De Volkswagen Groep en diens grootaandeelhouder Porsche zijn beide goede klanten van Magna in diens hoedanigheid als toeleverancier. Bij Volkswagen vraagt men zich af of de Opel-belangen een rol gaan spelen bij de leveranties. Er zou een situatie kunnen ontstaan waarbij Opel door Magna bevoordeeld wordt boven ‘externe’ klanten.

Magna co-CEO Siegfried Wolf ontkent dit. Hij wijst erop dat het bouwen van auto’s gescheiden zal plaatsvinden van het leveren van onderdelen: “Wanneer we al onze klanten onze producten tegen geringere kosten kunnen aanbieden, dan profiteert iedereen ervan.” In een officiële reactie zegt Volkswagen ‘de ontwikkelingen rond de overname van Opel scherp in de gaten te houden’. Overigens heeft dochteronderneming Magna-Steyr in Oostenrijk al eerder auto’s gebouwd, onder andere voor BMW en Mercedes-Benz.