De Land Rover Defender verliest het minst aan waarde in een tijdsbestek van vier jaar. Dat is de uitkomst van een vergelijkend onderzoek van de Adac, de Duitse zusterorganisatie van de ANWB.

Als onderdeel van het uitgebreide Adac-AutoMarxX vergelijkend onderzoek analyseerde de Adac 336 automodellen op hun waardevastheid. Daarbij werd gekeken naar het percentage aan waardeverlies vier jaar na de aanschaf als nieuw.

De Land Rover Defender eindigt hierbij op de eerste plaats, met een waardeverlies van slechts 42 procent. Opvallend is de reden voor de waardevastheid van de Defender: als populaire maar weinig beschikbare ‘exoot’ is hij zo geliefd dat occasionkopers bereid zijn flink geld neer te tellen om een exemplaar over te nemen.

Dat ligt anders bij de nummers 2 en 3, de Porsche Boxster en de Mini. Deze modellen hebben onveranderd een goed imago, hetgeen de waardevastheid garandeert. Beide automodellen verliezen in vier jaar 42,6 procent aan waarde.

De Adac concludeert dat waardevermindering veel meer speelt bij de hogere autosegmenten, zoals zakenauto’s en limousines, dan bij compacte auto’s. Zo wordt het trio Toyota Aygo, Peugeot 107 en Citroën C1 vaak aangeschaft vanwege de gunstige prijs en het lage brandstofverbruik – de waardevastheid van merk of model doet er voor de kopers minder toe. Dit in tegenstelling tot grote automodellen als de Audi A8, BMW 7-serie en Mercedes S-klasse, die in het Adac-onderzoek alle ruim 60 procent aan waarde verloren hadden.