Ongrijpbaar. Het gegeven dat een oorspronkelijk pragmatisch bedoeld voertuig ineens met nietsontziende vaart richting einder snelt, fascineert onverminderd. Een stationwagon straalt van oorsprong nauwelijks tot geen bewijsdrang uit maar dat zegt niets. Een aantal merken beheerst de kunst van snelle, incognito stationwagons bouwen tot in de puntjes en hier wordt een schoolvoorbeeld gepresenteerd: de Audi S6 Avant.

Zeker in de kleur Gletsjerwit heeft een ‘hyper-station’ als deze Audi S6 Avant een spookachtig charisma, maar tegelijkertijd iets onschuldigs en onbesmet. Zeker als je onopvallend en met 100 km/u ‘voortzoeft’ op de rechterbaan, zodat ‘ie niet vies wordt en geen steenslag vangt - terwijl Aygo’s, Golfjes en Picasso’s met dik 130 km/u voorbijrazen. En dan het moment: reeds een streling van het gaspedaal transformeert deze Avant tot een snelheidsattribuut. Wat spookte daar plotsklaps voorbij? Inderdaad, een spierwitte Audi S6 Avant. Dezelfde Audi die eerder door Aygo-, Golf- en Picasso-rijders nog als onopvallende gezinsauto werd ingeschaald.

Autogekje

Vier uitlaten, indrukwekkende 20 inch lichtmetalen wielen, daarachter nauwelijks kleinere (12.613 euro kostende) keramische remschijven, hier en daar S6-logo’s, een subtiel ‘V8T’ op de zijkant, matchromen spiegels en een aangepaste voorzijde: het lijkt zo opgesomd toch een aardig lijstje herkenpunten, maar vermoedelijk weet uitsluitend dat 14-jarige autogekje van nummer 19 dat sinds kort een heuse S6 de buurt bevolkt. En ik poneerde het reeds, maar daarin zit nu eenmaal de grootste attractie van deze Audi. Want: ‘sauschnell’, maar niet aanstootgevend, noch protserig. Totdat een aanstormende S6 zijn LED-koplampen zowat ín z’n voorligger stanst, dan is alle bescheidenheid verdwenen en doet z’n witte carrosseriekleur opeens schreeuwerig aan. Een misplaatste intimidatie waarmee een S6-rijder afdaalt tot het niveau van de gemiddelde in C&A-plakpak gestoken A4 TDI-rijder.

Vermoedelijk weet uitsluitend dat 14-jarige autogekje van nummer 19 dat sinds kort een heuse S6 de buurt bevolkt

Nondeju, wat gaat die S6 van z’n plek! Het 4.0 V8 TFSI-blok met twee turbo’s levert 420 pk en 550 Nm. De Newtonmeters staan tussen 1.450 en 5.250 tpm paraat – da’s in het dagelijks verkeer dus feitelijk áltijd. Een ontzagwekkend koppelverloop, waardoor de S6 vanuit ieder toerental met groots gemak vooruit schiet. Geen wonder dat de sublieme zeventraps S tronic-automaat met dubbele koppeling een terughoudende, zelfs luie inslag heeft en pas terugschakelt zodra het écht nodig is – tenzij je een van de sportstanden selecteert.

Het is heerlijk om zonder schakelmomenten vanuit de toerenkelder tot het rode gebied door te trekken en ongemerkt enorme stappen te maken. En omdat milieuaspecten en CO2-uitstoot tegenwoordig een hoofdrol spelen in onze autowereld, schakelt de Audi S6 tussen 930 en 3.500 tpm bij rustig gebruik vier cilinders uit. Het heractiveren van alle acht cilinders mag overigens iets minder nadrukkelijk, zodat het – en zo wil Audi het ons doen geloven – uitsluitend via het beeldscherm in de klokkenwinkel waarneembaar is. Via Audi Drive Select activeer je tevens een ‘zuinige’ Efficiency-modus, waarin de S6 zoveel mogelijk onder 2.000 tpm blijft en zaken als luchtvering en besturing op maximaal comfort staan afgesteld.

In complete stilte voorbijgaan

Krijg door cilinderuitschakeling, een Efficiency-knop, twinturbotechniek en zelfs een start- en stopsysteem overigens geen illusies over een bescheiden brandstofconsumptie, want wie denkt dat de door Audi beloofde 1 op 10,2 behaald wordt, komt bedrogen uit. Ondanks een veelvuldig gebruikte Efficiency-stand schommelde mijn testverbruik tussen 1 op 6,1 en 1 op 7,4. Ja, oké, deze Audi nodigt uit tot illegale kruissnelheden, simpelweg omdat ‘ie ‘nul komma nul’ emotie tentoonspreidt en je snelheden van 200 km/u in complete isolatie beleeft. Audi kan met zijn Audi Drive Select weliswaar een vijftal rijstanden introduceren om enige dynamiek te impliceren, maar zelfs in Dynamic wordt een S6 geen informatief sturende auto.

Wat spookte daar plotsklaps voorbij? Inderdaad, een spierwitte Audi S6 Avant.

Tussen Efficiency en Dynamic bevinden zich Comfort en Auto, maar het interessantst is Individual. In de voorgeprogrammeerde standen staan motor/aandrijving, besturing, luchtvering, sportdifferentieel en motorsound allemaal hetzelfde, maar via MMI geeft Individual alle ruimte aan eigen voorkeuren. Mijn favoriet: alles op ‘comfort’, maar zowel besturing als motorsound op ‘dynamic’. Dan stuurt ‘ie met meer tegendruk en worden motor- en uitlaatgeluid aanzienlijk attractiever. De S6 klinkt nogal tam voor een V8, maar met behulp van artificieel speakergeluid (!) brult ‘ie toch een beetje in ‘dynamic’.           

Dienstbaarheid

Zoals gesteld is de S6 allerminst een sportieve auto, niet verwonderlijk met een gewicht van 2.025 kg. Illustraties: een transmissie die jouw flipperwerk altijd overrulet en een onderstel dat onderstuur met hoofdletters schrijft – zelfs als de luchtvering in de relatief harde dynamic-stand staat. De ‘S’ in zijn typeaanduiding ten spijt, representeert de S6 vooral comfort. Op lange afstanden excelleert deze Audi en wie richting wintersport rijdt, wordt uitstekend bediend door de standen Efficiency, Auto en Comfort. Daarin functioneert het onderstel soepel en de auto zelfs een ‘lean back-karakter’. Een soort hogesnelheidslijn zonder vertragingen, met evenveel ruimte en comfort. Eventueel tot snelheden van zo’n 270 km/u, terwijl stabiliteit en koersvastheid nauwelijks afnemen, waarvoor onmetelijke dank aan het quattro-vierwielaandrijvingsysteem. Zo mogelijk nog indrukwekkender: een noodstop vanaf hoge snelheid, waarbij de keramische remmen inzittenden een nekhernia bezorgen.

Oases

De inzittenden hebben alle ruimte en dat is wederom ‘een der geneugten’ van snelle stationcars. Want weinig auto’s geven vier personen plus een veelvoud aan koffers de mogelijkheid om in 4,9 seconden van 0 naar 100 km/u te sprinten en in een oase van rust van A naar B te reizen. En niet alleen een oase van rust, maar ook een oase van luxe. Uiteraard zijn er enige verschillen met ‘normale’ A6-en, zoals een unieke ‘carbon atlas’-inleg en (optionele) supersportstoelen - die overigens voortreffelijk zitten.

De afwerking even fraai is als in andere Audi’s. Alles om een ieder te behagen, alles zodat rust en comfort gecreëerd wordt. De enige keer dat een S6 drama tentoonspreidt is als je vanuit stilstand voluit accelereert en de wielen ondanks 4WD grip zoeken, waarbij de automaat een explosie van krachten moet verwerken. Zet de S6 in voorkomende gevallen uiteraard even in ‘dynamic’, voor een volledige sensatie. Want meer sensatie gaat ‘ie niet geven. Behalve financieel, want de testauto kost zo’n 140 mille.    

De S6-uitvoering blijft a priori een Audi A6 Avant, ook al is S6 – tot de komst van de RS6 – de snelste uitmonstering. Daarom zou ‘A6 4.0 TFSI quattro’ een passendere benaming zijn voor Audi’s S6. Beleving en scherpte staan niet op een veel hoger niveau dan bij andere A6’en. Snel en comfortabel, dat zijn de belangrijkste steekwoorden van het S6-repertoire. Daarvoor dragen de luchtvering, de Avant-ruimte maar bovenal het megalomane V8 Biturbo-blok verantwoording. Dat apparaat geeft de twee ton wegende Duitser vleugels, moeiteloos en met een superieure gelatenheid. Een imponerend bouwwerk.