In de basis is het nog steeds hetzelfde eenvoudige autootje, maar de nieuwe Toyota Aygo wisselt zijn berekenende karakter in voor een wat feestelijkere inborst. Toyota moedigt je zelfs aan om los te gaan op het assortiment kleuren, wielen en uitwisselbare carrosseriedelen. 

De nu oude Aygo was nog echt een ‘trofee van de besparing’, waarmee je aan anderen kon laten zien wat een verstandige homo economicus je wel niet bent. Je kon andere er bijvoorbeeld op attenderen dat de glazen achterklep maar met één gasveer was opgehangen in plaats van twee. Lekker kosten-efficiënt, maar blijkbaar is de koper van dit type auto nu aan iets meer sjeu toe. Daarom is de Aygo voortaan een stuk minder schuchter vormgegeven, met als blikvanger een grote X in zijn gezicht.

Die X, de paneeltjes tussen de koplampen en buitenspiegels en het gedeelte onder de achterbumper zijn allemaal uitwisselbaar. Je krijgt ze in beginsel in een kleur die door Toyota wordt bepaald, afhankelijk van koetswerkkleur en uitrusting. Daarna kun je bij de dealer diezelfde panelen in wit, rood of iets anders krijgen. Dat hoeft niet meteen, dat mag ook later, het zijn immers accessoires. Hetzelfde verhaal geldt voor allerlei kunststof panelen in het interieur, zoals de overkapping van de snelheidsmeter of de console rondom de versnellingspook. Goedkoop is dat achteraf ombouwen trouwens niet: de interieurlijstjes kosten tussen de 50 en 90 euro per stuk, die X in de voorbumper zelfs 384 euro.

Roldak

De tijd van stuntprijzen in deze klasse lijkt voorbij te zijn en de nieuwe Aygo is daar geen uitzondering op. Stel een Aygo samen in een uitvoering met vier deuren en airco en je zit al snel boven de 12.000 euro - dan zit je niet meer zo ver van een een Yaris af. Er zijn vijf uitrustingsniveaus voor de Aygo, waarvan twee ‘specials’: de x-cite die als enige Aygo in knaloranje verkrijgbaar is en deze x-wave, die het alleenrecht heeft op een elektrisch bedienbaar roldak.

De tijd van stuntprijzen in deze klasse lijkt voorbij te zijn en de nieuwe Aygo is daar geen uitzondering op.

Dat dak is best leuk bedacht. Een druk op de knop en het canvas rolt in een keer over bijna de gehele daklengte automatisch naar achteren, zodat alle inzittenden in de zon zitten. En in de rijwind, want ondanks het kleine windschermpje boven de voorruit kan het behoorlijk waaien in de Aygo. In de stad merk je daar niks van, maar kom je boven de 60 km/u en waait het een beetje, dan buldert en dreunt het meer dan je lief is in het interieur. Bovendien berooft de dakconstructie de achterpassagiers van nog meer hoofdruimte.

Boodschappenkrat

Toyota heeft er duidelijk voor gekozen om binnen die nog geen 3,50 meter voertuiglengte vooral de voorste inzittenden de ruimte te geven. En dat is prima gelukt. Je kunt als bestuurder een redelijke zitpositie instellen, waarbij het helpt dat de leuning traploos verstelbaar is - geen vanzelfsprekendheid in deze prijsklasse. De passagier kan zijn of haar stoel niet in hoogte verstellen, maar die heeft ook geen stuur of pedalen om rekening mee te houden. Ondanks dat het nog steeds oersimpele zetels zijn, geven ze duidelijk meer steun dan voorheen. Wat helaas niet meer in het ontwikkelbudget paste, is een in diepte verstelbaar stuurwiel.

Volgens de getallen heeft de Aygo iets aan bagageruimte gewonnen, maar het is nog steeds een vrij kort en diep gat waar je een boodschappenkrat echt maar net aan in kunt persen. Wat scheelt is dat de achterbank zich vrij makkelijk laat omklappen: ontgrendelen doe je simpelweg met een treklus. Het openen van de achterklep annex achterruit gaat nog steeds met een losse drukknop onder de klep in plaats van in de handgreep. O, en er zitten nu gewoon weer twee gasveren in plaats van één...

Het openen van de achterklep annex achterruit van de Toyota Aygo gaat met een aparte drukknop.

Beter aangekleed

Zoals gezegd loopt de Aygo veel minder dan voorheen te koop met zijn slimme besparingsdrang. Dat zie je vooral aan het dashboard. De opzet is nog steeds heel eenvoudig en de materialen zijn nog steeds goedkoop, maar de aankleding is een stuk beter dankzij die gekleurde inzetstukken, het feit dat er nu een klep op het dashboardkastje zit en het grote centrale aanraakscherm. Die laatste ziet er niet alleen chic uit met mooie graphics, het werkt ook nog eens goed. Anders dan bij de identieke Citroën C1 en Peugeot 108 kun je bij Toyota kiezen om het systeem uit te breiden met een navigatiesysteem. Dat kost je 450 euro extra. Het alternatief is om je eigen smartphone als navigatie te gebruiken, en dat kan via MirrorLink, een applicatie waarmee je jouw telefoon via het aanraakscherm bedient. Vooralsnog werkt dat alleen met Android-telefoons. Een volstrekt overbodige maar grappige toevoeging is de achteruitrijcamera.

Als je absoluut geen interesse hebt in autotechniek en dus ook niet weet welke motor je moet hebben, dan is de Aygo de auto voor jou: er valt namelijk niets te kiezen. De éénliter driecilinder is een vernieuwde versie van die uit het vorige model en levert een fractie meer vermogen en koppel. De versnellingen zijn zo gekozen dat de Aygo weinig toeren maakt op de snelweg. Goed om verbruik en motorlawaai te beperken: ook bij 130 km/uur is het nog steeds heel aangenaam in de Aygo.

De Aygo loopt veel minder dan voorheen te koop met zijn slimme besparingsdrang.

Playstation

De keerzijde is uiteraard dat de motor zich telkens ver buiten het toerengebied bevindt waar hij het meeste werk verricht. Een bochtje rechtsaf op een smalle kruising is vaak net even te gortig om in de tweede versnelling te doen. Het verbruik kwam trouwens uit op 5,0 l/100 km (1 op 20): minder zuinig dan beloofd, maar nog altijd gunstig als je bedenkt dat de (goed werkende) airco in die periode vrijwel altijd aan heeft gestaan.

Door zijn korte wielbasis ‘stuitert’ een Aygo per definitie meer over de weg dan een grotere auto, maar over het algemeen is het comfort aan boord heel goed. De besturing is vrij gevoelloos, en het stuur is zo dik dat het lijkt alsof je een Playstation-controller vasthoudt, maar er zit wel voldoende weerstand in de installatie – waardoor je op hogere snelheid nauwelijks hoeft te corrigeren. Ook de pedalen en de versnellingspook zijn gevoelloos: waar het aangrijppunt van de koppeling zit is gissen.

Maatje groter

Auto’s als deze zijn voor veel kopers het dagelijkse vervoermiddel en dat heeft Toyota met de Aygo goed begrepen. Voor een auto in deze klasse is het comfort en de afwerking prima. Maar die verbeteringen en toevoegingen hebben wel hun prijs: de Aygo is duurder geworden. En het echte pijnpunt van de Aygo is niet verbeterd: de beperkte binnenruimte. De kofferbak is iets gegroeid maar nog steeds erg klein en ook voor een korte rit is de achterbank voor volwassenen nog steeds geen pretje. Er zijn genoeg concurrenten die daar meer bieden, terwijl doorsparen voor de grotere Toyota Yaris een kleinere stap is dan je zou denken. Heb je die ruimte niet nodig, dan steek je die centen mooi in je zak. Met nog geen drieënhalve meter auto is parkeren een eitje en met de nieuwe Aygo rijd je er wel heel trendy bij.