Ford produceert de Focus sinds enige tijd ook in Rusland, in een fabriek in de buurt van Leningrad. In de eerste negen maanden van dit jaar namen de verkopen van de Focus in Rusland met ruim 400 procent toe, vergeleken met dezelfde periode vorig jaar.


Van een koude oorlog en een IJzeren Gordijn is al lang geen sprake meer. Daarom kan een door en door Amerikaans merk als Ford ook aan de weg timmeren in Rusland. Vorig jaar openden de Amerikanen als eerste Westerse automerk een fabriek in het onuitsprekelijke Vsevolozhsk, nabij Leningrad.

Inmiddels is de productie aldaar op stoom gekomen, er zijn dit jaar al ruim zestienduizend autos geproduceerd, Focussen in drie verschillende varianten. Naar verwachting zal de totale productie dit jaar uitkomen op twintigduizend, om volgend jaar door te groeien naar een kleine dertigduizend autos.


Met ruim 149 miljoen inwoners is Rusland het grootste Europese land, en dus een belangrijke automarkt. Desondanks worden er in het voormalige Oostblokland ruim 25 procent minder autos verkocht dan in een land als Duitsland. Verschillende Westerse merken hebben het land nu dan ook ontdekt: Volkswagen, Skoda, Peugeot en Citroën richten hun productie en verkoopactiviteiten bijvoorbeeld ook op het oosten.