Autos worden in de nabije toekomst mogelijk duurder, als gevolg van stijgende prijzen van grondstoffen. Dit wordt mede veroorzaakt door een onverwacht snelle groei van de economie in China.


Ondanks dat steeds meer autos voor een groot deel uit kunststof bestaan, blijft metaal de belangrijkste grondstof bij de productie van iedere automobiel. Prijzen voor oud ijzer dat wordt verwerkt tot nieuw metaal, zijn het afgelopen half jaar met gemiddeld 75 procent gestegen. Vanwege de enorme vraag naar nieuwe autos vanuit China kunnen staalfabrikanten de vraag naar ijzer en staal nauwelijks aan. En dat werkt prijsopdrijving in de hand, met als gevolg dat toeleveranciers van vrijwel alle autofabrikanten gedwongen zijn de prijzen van hun producten te verhogen.

Enorme kortingen

In de Verenigde Staten heeft dat al geleid tot een verhitte discussie tussen General Motors en de staalfabrikanten. De autoproducent heeft de laatste jaren bij vrijwel alle toeleveranciers enorme kortingen bedongen, ook om de zware concurrentie en daarmee gepaard gaande kortingsacties het hoofd te kunnen bieden. Aan de uitgewrongen prijzen op staal lijkt nu dus een eind te komen.


Het is onvermijdelijk dat de autofabrikanten uiteindelijk meer moeten gaan betalen voor staal. En wie een beetje kan rekenen, weet al waar die extra kosten uiteindelijk terechtkomen: bij de consument. Autos zullen de komende tijd dus duurder worden, alhoewel de grootte van de prijsstijging onduidelijk blijft. Het zal gaan om bedragen van enkele tientallen tot mogelijk enkele honderden euros.