De Europese Unie overweegt een pakket met hulpmaatregelen ter waarde van 40 miljard euro voor de noodlijdende auto-industrie. Het gaat om kredieten waarmee autofabrikanten de ontwikkeling van milieuvriendelijke auto’s kunnen voortzetten tijdens de economische crisis. Toch is de milieubeweging niet blij.

Eerder namen de Verenigde Staten het initiatief om de in problemen gekomen Amerikaanse autofabrikanten te ondersteunen met 25 miljard dollar. Sindsdien vroegen ook Europese autobouwers om steun aan de EU. Afgelopen woensdag nog lobbyde de Europese brancheorganisatie ACEA in Brussel voor een ‘lening tegen gunstige voorwaarden’. Voorzitter Christian Streiff gaf aan dat Europese autofabrikanten geen kredieten meer kunnen krijgen bij banken en dat in het derde kwartaal van 2008 de Europese autoverkopen met 10 procent zijn gedaald.

Inmiddels heeft EU-commissaris van Industrie Günter Verheugen aangegeven dat de Europese leiders zich bereid tonen om een financieel pakket van 40 miljard euro beschikbaar te stellen. EU-baas José Manuel Barosso geeft aan dat het pakket onderdeel zal uitmaken van een alomvattend plan voor Research & Development dat op 26 november wordt besproken.

De miljarden zijn bedoeld voor de voortgang van onderzoek en ontwikkeling naar milileuvriendelijke auto’s. Momenteel bespreekt het Europees Parlement nieuwe regels voor de uitstoot van CO2. Diverse EU-landen, waaronder Nederland, willen strengere normen. De ACEA stelt dat dit de autoindustrie te zwaar wordt nu ze de economische crisis probeert te overleven.

Allemaal flauwekul, volgens de milieubeweging. De Europese Federatie voor Transport & Milieu (T&E) wijst erop dat de auto-industrie al vijftien jaar lang lobbyt om wetgeving voor schone motoren tegen te houden. Zij vindt dat er geen cent publiek geld naar autofabrikanten mag gaan. “In plaats van te voldoen aan de vraag naar auto’s die minder schadelijke stoffen uitstoten, willen de autobouwers de belastingbetaler uitmelken, “ aldus Greenpeace. De milieubeweging pleit er voor dat de autobouwers eerst toezeggen niet langer CO2-reduceringen te blokkeren, alvorens de EU overgaat tot het verstrekken van de kredieten.