Gedoe rond boek over Spyker

Soms lijkt het wel alsof alles wat te maken heeft met het Nederlandse luxe sportautomerk Spyker uit moet lopen op gedoe. Beschuldigingen van handelen met voorkennis, het snel ter ziele gaan van het Formule 1-team, de beschieting van de Russische eigenaar… Nu is er weer een relletje rondom het boek Spyker. Een dollemansrit.

Vrijdag, bij de presentatie van de halfjaarcijfers van de autofabrikant, verscheen het boek Spyker. Een dollemansrit van journalisten Robert van den Oever en Maarten van der Pas. De schrijver van het eerder verschenen boek Spyker langs de afgrond, André Hoogeboom, voelt zich echter ‘in eer en idee’ aangetast door de titel van het nieuwe werk: Hoogeboom gebruikte in een vroeg stadium het woord ‘dollemansrit’ als werktitel voor zijn boek, onder meer op zijn website. Hoewel hij in De Telegraaf uitlegt dat hij in overleg met zijn uitgever voor een andere titel heeft gekozen voelt hij zich bestolen door de titel van de nieuwe publicatie.

Het boek Spyker. Een dollemansrit gaat in op de vraag hoe het mogelijk is dat de autofabrikant steevast grote verliezen lijdt maar toch overleeft. Sterker nog: het bedrijf blijkt steeds weer in staat financiers aan te trekken. De auteurs reconstrueren de geschiedenis van het merk sinds de heroprichting in het jaar 2000. Interne ruzies en machtsstrijd beheersen deze jaren.

CEO en mede-oprichter Victor Muller staat centraal in het boek. Hij wordt neergezet als charmante ‘overlevingskunstenaar’ die ondanks alle perikelen nog steeds aan het roer van het bedrijf staat en er keer op keer in slaagt geld aan te trekken ondanks de rode cijfers die het merk schrijft. Volgens Van den Oever en Van der Pas ziet de ‘megalomane’ Muller alles louter positief en is hij de realiteit volslagen uit het oog verloren. In een reactie op Automotive-online reageert de CEO dat de journalisten ‘geen benul hebben waarover ze schrijven’.

In diverse media concluderen de auteurs dat 2009 het cruciale jaar wordt voor het voortbestaan van Spyker. “Spyker verkoopt te weinig wagens. Er moet iedere keer weer geld bij. Is het niet van John de Mol, dan is het wel van een oliesjeik of van Antonov, een Russische nouveau riche-bankier,” aldus Van den Oever in De Pers. “Victor Muller haalt zijn geld steeds verder van huis en zijn clientèle moet in steeds exotischer oorden worden gezocht.”