De Europese Commissaris voor Mededinging, Neelie Kroes, zegt ‘significante signalen’ te hebben dat de overname van Opel gebonden is aan nationale belangen van Duitsland. Dat is in strijd met de EU-regels. Daarom krijgt verkoper General Motors de kans om de verkoop aan Magna en Sberbank te heroverwegen. Maar overleeft Opel dit wel?

De verkoop van het merk Opel, door GM aan Magna, is weer eens uitgesteld. Er is nog geen fiat van de Europese Commissie. Commissaris Kroes stelt dat ze geen oordeel kan vellen zolang ze niet alle benodigde details heeft ontvangen van de Duitse regering. Die wil het ‘nieuwe Opel’ staatssteun geven voor 4,5 miljard euro.

Kroes schrijft nu in een brief aan de Duitse minister van Economie, Karl Theodor zu Guttenberg, dat de EU sterke aanwijzingen heeft dat de Duitse steun gebonden is aan voorwaarden, namelijk om de werkgelegenheid in Duitsland te sparen. Dit ‘protectionisme’ is in strijd met de Europese concurrentieregels. Het heeft bij andere Europese landen met Opel- of Vauxhall-fabrieken tot protesten geleid.

De EU geeft GM nu de kans om de verkoop aan Magna en diens partner Sberbank te heroverwegen; zonder Magna’s plan te reorganiseren op basis van landen hebben andere kandidaat-kopers immers wellicht ook de kans Opel over te nemen. Van Duitsland wil Kroes dat ze de hulp verstrekt ongeacht de partij die Opel overneemt. Naast de overname blokkeren kan de EU-Commissaris ook lidstaten afdwingen om staatshulp terug te betalen.

Mocht GM het verkoopproces heropenen, dan kan deze vertraging tot grote financiële problemen leiden bij Opel. In een poging een totale ondergang te voorkomen, lijken nu steeds meer landen hun kritiek op Duitsland in te slikken. De Britse krant Financial Times signaleert dat ‘Opel-landen’ hun principes opzij schuiven, deelnemen aan de ‘koehandel’ – dus betalen – om hun nationale werkgelegenheid te redden, ten koste van andere landen.