Het Duitse autoconcern Daimler heeft schuld bekend in de corruptiezaak die de Verenigde Staten hadden aangespannen. Met de autoriteiten is een schikking van 185 miljoen dollar overeengekomen.

Eind deze week heeft Daimler schuld bekend in het overtreden van de zogenaamde Foreign Corrupt Practices Act. Dat is een Amerikaanse wet die bedrijven, die zaken doen in de V.S., verbieden om functionarissen in andere landen om te kopen. Enkele Daimler-divisies, waaronder die in Duitsland en Rusland en mogelijk ook China, hebben in de periode tussen 1998 en 2002 circa 56 miljoen dollar (omgerekend ruim 40 miljoen euro) aan smeergeld betaald aan regeringsfunctionarissen in zeker 22 landen.

Zo werd een gepantserde auto ter waarde van 30.000 dollar cadeau gedaan aan een potentiële zakenpartner in Turkmenistan. Daimler haalde door deze corrupte handelingen zeker 1,9 miljard dollar aan omzet binnen en maakte ruim 91 miljoen dollar (circa 67 miljoen euro) aan ‘illegale winst’. Zes jaar geleden informeerde een oud-Daimler medewerker de Amerikaanse autoriteiten. Er volgde een jarenlang onderzoek naar het autoconcern, dat volgens de openbaar aanklager ‘uitstekend heeft meegewerkt’.

Nadat Daimler afgelopen week schuld had bekend is het schikkingsakkoord door een rechter goedgekeurd. Daimler zal een boete betalen van 185 miljoen dollar, wat overeenkomt met circa 137 miljoen euro. De schikking is ‘voorwaardelijk’, een onafhankelijk medewerker zal erop toe zien dat het Duitse concern zich aan de afspraken houdt en de wet niet opnieuw overtreedt. Daimler-CEO Dieter Zetsche belooft ‘schoon schip te maken’. Eerder heeft het concern 45 medewerkers ontslagen die betrokken waren bij de omkoping.