Fisker koopt een oude fabriek van General Motors. De productiefaciliteit in Wilmington werd halverwege vorig jaar gesloten door GM maar krijgt nu een nieuwe eigenaar.

De productielijnen van de Wilmington-fabriek, iets ten zuidoosten van Philadelphia in de staat Delaware, kwamen vorig jaar tot stilstand. De productiefaciliteit is een van de vele gesloten fabrieken door de crisis van vorig jaar. Gelukkig blaast Fisker de fabriek nu nieuw leven in.

Fisker koopt de Wilmington-fabriek voor een bedrag 20 miljoen dollar van Motors Liquidation, het afgestoten deel van GM dat vorig jaar na het faillissement van de autoreus in het leven werd geroepen. Motors Liquidation is verantwoordelijk voor de verkoop en afbouw van alle afgestoten onderdelen van GM.

In Delaware start over enkele jaren de productie van een tweede plug-in-hybridemodel van Fisker, dat nu nog als Project Nina te boek staat. Dit compactere model moet voor de grotere aantallen gaan zorgen bij Fisker. De overname van de fabriek levert zo’n 2.000 banen op in het gebied. De Wilmington-fabriek werd geopend in 1947 en tot halverwege 2009 verlieten 8,5 miljoen auto’s de fabriekspoorten.