Renault Eolab Concept

Renault kondigt de opvolgers van de Laguna, Mégane en Scénic aan. Het merk wil in de toekomst betaalbare modellen met een goede uitrusting aanbieden, die bovendien een flinke stap hoger staan op het gebied van productkwaliteit.

De ontwikkeling van de opvolgers van grote namen als de Laguna en Scénic heeft een aantal jaar op een laag pitje gestaan, maar Renault gaat die achterstand in de komende jaren goed maken. De nieuwe Espace werd in het najaar gepresenteerd en het eerstvolgende nieuwe model is de Laguna. Daarna volgen de Mégane en Scénic. Renault-bestuurslid Stefan Müller kondigt de auto's aan in het Duitse tijdschrift Auto Motor und Sport. Hij noemt daarbij nog geen jaartallen, maar reken op 2015 voor de Laguna en Mégane en 2016 voor de Scénic.

Daarnaast plant Renault nog meerdere cross-overs, die nieuw in het assortiment zijn. Eén van die modellen wordt gebaseerd op de nieuwe Mégane en als tegenhanger van de Nissan Qashqai in de markt gezet. Wat al deze auto’s gemeen moeten hebben is dat ze betaalbaar zijn en goed uitgerust. Daarnaast wil het merk een flinke stap maken op het gebied van productkwaliteit, waarbij met name onderstel en besturing erop vooruit moeten gaan.

Een ander speerpunt wordt connectiviteit. “het R-Link-systeem uit de Clio is een eerste stap, maar er komt nog veel meer aan”, aldus Müller. Belangrijk daarbij is dat dit soort systemen bereikbaar en dus niet te duur moeten zijn.

Op het gebied van (plug-in) hybrides blijft het stil bij Renault. Het merk ziet dergelijke aandrijflijnen vooral als tussenoplossing en dus niet als ideaal, omdat twee motoren en aandrijvingen de auto ‘onnodig’ zwaar maken. Renault blijft daarom inzetten op volledig elektrische auto’s en verwacht dat de laadinfrastructuur en accu’s de komende jaren fors zullen verbeteren, waardoor dit soort auto’s veel aantrekkelijker worden voor consumenten.