Bovag-vlag

Wiebes goochelt met cijfers, zo vindt de Bovag. De branche-organisatie vindt dat het besluit van de staatssecretaris om de accijnsverhoging op brandstof niet terug te draaien genomen wordt op basis van verkeerde informatie. 

De cijfers die staatssecretaris Eric Wiebes deze week verstrekte zijn onjuist. Dat beweert branche-organisatie Bovag. De VVD-staatssecretaris liet deze week aan de Tweede Kamer weten dat in het eerste kwartaal van 2014 de omstreden verhoging van accijns op lpg en diesel op 51 miljoen euro ligt. Wiebes heeft het over 'een aanzienlijk extra opbrengst' voor de schatkist en wil daarom de verhoging niet terugdraaien. Overigens had het kabinet vóór de verhoging gerekend op 70 miljoen extra inkomsten uit brandstofaccijns.

Bovag-woordvoerder Tom Huyskens zegt, onder meer tegen BNR nieuwsradio: "In die 51 miljoen zijn allerlei zaken meegenomen die je niet mee mag tellen in deze evaluatie." Als bijvoorbeeld de inflatiecorrectie per 1 januari niet wordt meegeteld valt de opbrengst veel lager uit. De Bovag komt dan uit op 35,5 miljoen euro. 

Bovendien zou 80 procent van dit bedrag (28,5 miljoen) gegenereerd zijn in januari 'en die maand is juist eerder al door de staatssecretaris aangemeld als niet representatief', aldus Huyskens. In januari moesten pomphouders een deel van de voorraden afboeken vanwege de accijnsverhoging. De Bovag vindt dan ook dat daar rekening mee gehouden moet worden. De organisatie roept de Tweede Kamerleden, die dinsdag over het onderwerp debatteren, op om vragen over de cijfers te stellen.

Tot nu toe is het de staatssecretaris die de staatssecretaris onderzoekt

Onafhankelijk onderzoek

Pieter Omtzigt, het kamerlid voor het CDA dat al langer strijdt tegen de accijnsverhoging, gelooft de cijfers van Wiebes niet: "Het CBS zegt dat er 3 tot 4 procent minder benzine is verkocht, maar Wiebes zegt dat er meer accijnzen zijn binnengekomen." De in procenten 'marginale' accijnsverhoging zou dit niet kunnen verklaren. 

"Ik had gevraagd om een onafhankelijk onderzoek" zegt Omtzigt. "Tot nu toe is het de staatssecretaris die de staatssecretaris onderzoekt en zegt dat het beleid van de staatssecretaris klopt." Hij gaat een beroep doen op de Wet Openbaarheid Bestuur om de onderliggende cijfers alsnog boven tafel te krijgen. Daarna wil hij een hoorzitting met onafhankelijke experts om deze te duiden.