In het luxe zakensegment waar sedans en stationwagens de dienst uitmaken, liet Mercedes-Benz de concurrentie in 2004 even de adem stokken. In dat jaar bracht ‘Das Haus’ namelijk de CLS op de markt, die met zijn imponerende lijnenspel het concept van de traditionele sedan in één klap doorbrak. Met de CLS boorde het Duitse merk de niche van de vierdeurscoupé aan en inmiddels vullen ook andere premiummerken deze markt. Voor de Stuttgarters een uitermate geschikte gelegenheid om de concurrentie met een hagelnieuwe CLS wederom op scherp te zetten.

Het heeft weinig zin om voor de tweede keer het wiel uit te vinden, dus de nieuwe CLS is overduidelijk de vierdeurscoupé van Mercedes-Benz zoals we ‘m kennen. De enorme impact van zijn voorganger is echter moeilijk te overtreffen en de nieuwe CLS is dan ook niet zo vernieuwend als toen. Toch heeft dat Mercedes-Benz er niet van weerhouden om ‘m radicaal te veranderen, alleen zie je dat pas echt als je het vorige model ernaast zet. Het grote verschil zit ‘m in de verschillende designtalen van Mercedes-Benz: de huidige en toekomstige modellen zijn scherp en hoekig gesneden, terwijl voorheen afgeronde vormen overheersten. Dat komt bij de nieuwe CLS goed tot uiting, want wat oogt ‘ie – vooral met het AMG-stylingpakket – enorm lekker. De typische rechtopstaande grille en de meer in het oog springende voorbumper geven de vierdeurscoupé een krachtigere uitstraling. Dankzij de LED’s in de lichtunits oogt de nieuwe CLS hypermodern, terwijl tegelijkertijd de mooie en herkenbare klassieke coupélijn behouden werd.

De opvallende matte lak van dit testexemplaar ziet er indrukwekkend uit en leidde tot een lawine aan reacties. Ongegeneerd worden met mobieltjes foto’s gemaakt en massaal werd er naar de auto gewezen. Hoewel dit mettertijd van een vleiend naar een vervelend gevoel overgaat, bewijst het hoe imponerend de CLS specifiek met deze lak is.

Sportief doch chique

De sportieve lijnvoering van de CLS zorgt binnenin voor een sterk coupé-effect, want je zit behoorlijk geborgen onder het lage dak. De donkere hemelbekleding doet daar nog een schepje bovenop, maar net als wel meer zaken op de testauto is dat een optie. Het driespaaks stuurwiel en de drie grote klokken in het instrumentarium zien er prachtig uit, maar de meters zijn door de grijze cijfers en donkergrijze achtergrond niet altijd even goed afleesbaar. Dat wordt deels goedgemaakt doordat je in het midden van de snelheidsmeter allerlei informatie kunt opvragen, waaronder de snelheid.

Het mooiste is dat in sportmodus nauwelijks wordt ingeleverd op comfort

Het interieur is in diverse kleurencombo’s te verkrijgen en in dit testexemplaar heerst een sportieve, doch chique ‘look and feel’. De donkere esdoornhouten inleglijsten staan schitterend bij het zwarte leder waarmee ook het dashboard is bekleed en steekt fraai af tegen de aluminium accenten. De kleuren van de stoelbekleding moeten je smaak zijn, maar passen goed bij de matte lak van de auto. Het totale beeld lijkt nagenoeg perfect te zijn en alles voelt zo goed en degelijk aan, dat je jezelf afvraagt of het nog wel beter kan. De dynamische multicontourstoelen zitten uitstekend en kunnen in alle mogelijke manieren worden ingesteld. Deze stoelen houden je tijdens stevig bochtenwerk goed vast en zorgen desgewenst ook nog voor een prettige rugmassage.

Achterin moet je het weliswaar zonder massage doen, maar ook daar is het heerlijk toeven. De aflopende daklijn maakt het instappen wat lastig, maar als je eenmaal zit is er meer dan voldoende bewegingsruimte. De beenruimte is zelfs uitstekend, de hoofdruimte is voor iemand van 1,90 meter nog voldoende. Dat is niet alleen beter dan bij het vorige model, de CLS troeft hiermee zijn grootste concurrent – de Audi A7 Sportback – ook af. De 520 liter metende bagageruimte heeft een uitschuifbare bak voor klein grut en dat is een handige aanvulling op het bagagecompartiment. Optioneel, dat dan weer wel.

Dynamiek die niet overheerst

Dat Mercedes-Benz inmiddels 125 jaar ervaring in de auto-industrie heeft, werpt z’n vruchten af – zou je zeggen. Afgezien van het feit dat de CLS akelig goed in elkaar steekt, rijdt de vierdeurscoupé erg goed. Dat heeft vooral te maken met de optionele luchtvering, die de bijna vijf meter lange auto strak op de weg houdt. Vooral in de sportmodus profiteert de CLS van een nauwelijks overhellende koets en een uitstekende wegligging. Het mooiste is dat er nauwelijks wordt ingeleverd op comfort. Je voelt een dynamische inslag, maar die zal nooit overheersen. In de comfortstand wordt de CLS ietwat zweverig, maar hij zoeft daardoor wel vloeiend over korte oneffenheden en drempels. De sportstand blijkt de meest prettige modus, des te meer omdat de CLS zich uitstekend leent voor het betere stuurwerk. Mercedes-Benz’ elektronische stuurbekrachtiging is voor dit type auto nieuw en weet meteen te overtuigen. De auto is erg precies in een bocht te plaatsen en stuurt zo prettig licht dat je wel eens vergeet dat je met een tamelijk grote auto onderweg bent. Het enige nadeel van deze besturing is dat er wat feedback richting de bestuurder ontbreekt, maar afgezien daarvan voelt de installatie simpelweg goed aan. De fijne inkepingen in het stuurwiel, de prettige zithouding en het lekkere motorgeluid bij voluit gas geven maken de sportieve rijervaring nog plezieriger.

Alles voelt zo goed en degelijk aan, dat je jezelf afvraagt of het nog wel beter kan

De drieëneenhalf liter grote V6 met directe inspuiting is op dit moment de enige benzinemotor in de CLS. Deze zescilinder loopt zijdezacht en ook op hoge snelheden blijft het aangenaam stil in de cabine. De zeventraps automaat doet zijn werk naar behoren, alleen zou het voelbare schokje bij stevig optrekken niet nodig moeten zijn. Onderin mist de 350 wat pit, maar dat heeft vooral een technische oorzaak: de gasrespons is namelijk niet heel gretig en daardoor voelt ‘ie soms wat lui. Als de V6 eenmaal gaat dan zijn de 306 ‘paarden’ voelbaar aanwezig. Het koppel van 370 Nm is bij 3.500 tpm volledig beschikbaar en vanaf dat toerental komt de Benz echt tot leven. Naar wens gaat de CLS dan in 6,1 seconden naar 100 km/u en uiteraard is hij begrensd op 250 km/u.

Door middel van stuurpaddles is zelf schakelen ook mogelijk, maar dat heb je na drie keer wel gezien. De automaat reageert namelijk bijzonder goed op wat je rechtervoet doet en laat de motor in de S-stand genoeg toeren draaien om geen krachtsverlies te voelen. In de ecostand wordt het start/stop-systeem geactiveerd en zal de automaat er alles aan doen om het toerental zo laag mogelijk te houden. Dat het blok net geen 2.000 toeren draait bij 120 km/u, is dan zeer prettig. Met een rustige rijstijl is een gemiddeld verbruik van 1 op 12 mogelijk, haal je de volledige potentie uit het blok dan schommelt het verbruik zo rond de 1 op 10 en ook dat is nog altijd niet verkeerd. Daarnaast scoort de CLS 350 dankzij het start/stop-systeem, de directe inspuiting en andere ‘BlueEfficiency’-technieken ook nog eens een keurig A-label: een enorme verbetering ten opzichte van de vorige CLS, die minimaal een D-label had.

Indrukwekkend

De CLS 350 heeft een vanafprijs van 76.900 euro. Dat de uiteindelijke prijs hier met wat leuke opties ruimschoots overheen gaat, is bij een luxemerk niet zo bijzonder. Dat deze CLS maarliefst 115.000 euro kost, is wellicht toch teveel van het goede. Voor zoveel geld heb je dan wel zo’n beetje de meest complete CLS die je kunt vinden en dat is ideaal voor wie geen S-Klasse wil hebben of niet gezien wil worden in een ‘doorsnee’ E-Klasse. Die prijs neemt uiteraard niet weg dat de CLS een steengoede auto is. De CLS 350 presteert goed, de wegligging is uitstekend en de besturing functioneert uitermate prettig. De automaat zou nog een tikkeltje verfijnder mogen zijn, maar buiten dat zijn er geen minpunten te vinden. Slechts de hoeveelheid bekijks kun je als een nadeel ervaren, maar dat hoort er ook een beetje bij. De CLS is in vergelijking met zijn voorganger misschien niet meer zo vernieuwend, indrukwekkend is ‘ie nog steeds.