Was de naam Range Rover voorheen voorbehouden aan het topmodel, tegenwoordig is het een ijzersterk label voor diverse luxe Land Rovers. De naam is uitgegroeid tot een submerk. Door de komst van de Range Rover Sport breidde het aanbod al uit, maar de Britten vinden dat daar nog wel een schepje bovenop kan. Aangezien een groot deel van de Range Rovers zich in de stad verplaatst, zag men ruimte voor een kleiner model. Al bij de eerste schetsen van de Evoque, zoals de nieuwe ‘Baby-Range’ heet, was het publiek laaiend enthousiast. Hij kwam er dan ook écht, en is bijna identiek aan de conceptcar. Een mooie gelegenheid om de twee uitersten uit het Range Rover-gamma – de Evoque eD4 met voorwielaandrijving (!) en de Range Rover TDV8  – mee te nemen voor een reportage.

Technisch mag de Evoque dan weinig gemeen hebben met de grotere Range Rovers, deze Coupé-versie heeft qua ontwerp verdacht veel weg van de allereerste Range Rover. Een terreinauto met twee deuren, dat is waar het anno 1970 mee begon en waar het merk in 2011 opnieuw mee op de markt kwam. Wat afmetingen en gewicht betreft benadert de Evoque de eerste generatie Range Rover, die in liefhebberskringen als ‘classic’ wordt aangeduid. Uiteraard puur toeval, dat volledig is toe te schrijven aan 40 jaar technische ontwikkeling en veiligheidseisen. De ‘echte’ Range Rover is flink gegroeid en weegt nu een lieve 2.500 kg.

Acht cilinders, vier deuren, vierwielaandrijving en een slordige 150 mille staan oog in oog met een tweedeurs, voorwielaangedreven en handgeschakelde vierpitter die in het geval van de testauto nog niet eens de helft kost. Vooral het ontbreken van 4x4 zal de echte Land Rover-liefhebber pijn doen, terwijl de milieufreaks in hun handen klappen met het daardoor verkregen groene milieulabel. Het gros van de Evoque-kopers zal het terrein nooit opzoeken en heeft dus helemaal geen vierwielaandrijving nodig. In de stad moet je de blits maken en daar hoort natuurlijk geen door modder besmeurde koets bij. Zolang het niet al te ruig wordt, kan de Evoque overigens ook met voorwielaandrijving prima zijn weg vinden buiten de gebaande paden.

In de stad moet je de blits maken en daar hoort natuurlijk geen door modder besmeurde koets bij. 

Top of the Range

In de ‘top of the Range’ zit je letterlijk en figuurlijk op de troon. Je voelt je ‘king of the road’,  onschendbaar zelfs. Door de lage raamlijn zit je als in de etalage. Zorg er dus voor dat je niet in je ouwe kloffie in de auto stapt, want je zit behoorlijk in de kijker. In de Evoque zit je dieper en is de raamlijn een stuk hoger, waardoor je als inzittende een stuk minder zichtbaar bent voor de buitenwereld. Niet erg, omstanders hebben toch veel meer oog voor de auto dan voor wie erin zit – wat een bekijks trekt de Evoque! Ik ben bij het tanken en parkeren meermaals aangesproken en gecomplimenteerd. Fietsers zitten achterstevoren op hun zadel en onopvallend in de file staan is er ook niet bij. Echt imponeren doet de Evoque niet met zijn afmetingen, het zijn de vormgeving en felrode lakkleur die bekijks trekken. De vraag is alleen hoe tijdloos het model is, bij de ‘oer’-Range Rover blijkt dat na vier decennia wel snor te zitten. De laatste update heeft de Range Rover veel goeds gedaan. De moderne koplampen en hightech achterlichten geven ‘m net dat beetje extra. Overigens besloot Land Rover per modeljaar 2012 de grille van een hoogglans zwarte rand te voorzien en de handgrepen in de carrosseriekleur te spuiten.

Machtig gevoel

Een 4,4-liter dieselmotor met 313 pk sleurt het grote gevaarte voort, terwijl de Evoque met half zoveel motorinhoud wordt aangedreven door 150 dieselpaarden. Dat zegt nog niet alles, want de Evoque is bijna 1.000 kg lichter en komt prima vooruit met de eD4-motor. Het blok is gekoppeld aan een manuele zesbak die schakelt als een mes door de boter. Met korte en vloeiende slagen laat de bak zich in een ander verzet leggen. Al bij 1.750 tpm wordt het riante koppel van 380 Nm afgegeven, waardoor de kleinste Range Rover schakellui te rijden is. Zelfs in de onderste toerenregionen geeft het blok weinig resonanties door. Pas als je flink doortrekt, merk je dat het een ‘slechts’ 150 pk sterke variant betreft. Op de snelweg moet je soms een tandje terug om vlot in te halen. Eenmaal in de hoogste versnelling draait de motor bij 120 km/u slechts 1.900 tpm. Het opgegeven verbruik van 1 op 20 blijkt in de praktijk wel erg optimistisch, het testverbruik is namelijk 1 op 11,4. Met een wat rustiger rijgedrag en vroeg opschakelen consumeerde de Evoque iedere 14,9 kilometer een liter diesel. Ver verwijderd van de fabrieksopgave, desondanks een uitstekend gemiddelde.

De auto’s vertegenwoordigen twee werelden

De dieselmotor van de Evoque is erg stil, maar een viercilinder produceert nu eenmaal geen interessante grom . Het geluid van eD4 verbleekt uiteraard bij dat van de machtige TDV8, die ondanks zijn oliegestookte karakter fantastisch klinkt. Als je niet weet dat je met een diesel op pad bent, zou je blindelings zeggen dat er een benzinemotor onder de kap huist. Het gorgelende geluid dat bij accelereren het interieur binnentreedt geeft een machtig gevoel. Moeiteloos trekt de TDV8 de 2.480 kg zware Range Rover weg, alsof de opper-SUV de natuurwetten heeft omgekocht. Het is dat de begrenzer bij 210 km/u ingrijpt, anders zou ‘ie nog wel even doorgaan.

De achttraps automaat in het lucht(geveerde)kasteel schakelt zonder krachtsonderbreking en volledig schokvrij. Hij doet precies wat je wilt en speelt snel in op je rijstijl. Hierdoor houdt hij het toerental voor de rustige rijders lekker laag en zal ‘ie bij de iets sportievere rijder alerter reageren op het gaspedaal. Je kunt de draaiknop van de automaat nog in ‘S’ zetten, waarna de elektronica de toerenteller in een hoger toerengebied houdt. Bij 120 km/u draait de TDV8 een keurige 1.600 tpm, waardoor een grootse rust in het interieur aanwezig is. Het verbruik hangt sterk van je rijstijl af, met stevig doorrijden en ravotten in het terrein lag het gemiddelde op 1 op 8,1 – voor een auto met acht cilinders en dit gewicht een nette score. Op een snelweg- en stadstraject was 1 op 9,5 het gemiddelde.

Het geluid van eD4 van de Evoque verbleekt uiteraard bij dat van de machtige TDV8 van de Range Rover

Echte rijdersauto

Het grootste verschil in de rij-eigenschappen van beide auto’s is de besturing. De Evoque stuurt lekker direct en is goed te plaatsen in bochten. De weerstand in het stuurwiel is bovengemiddeld en de communicatie is prima. In combinatie met het communicatieve, maar gelukkig niet te stugge onderstel biedt de Evoque een bijzonder fijne combinatie. De compacte Range Rover is wat dat betreft een echte rijdersauto, die de bestuurder actief bij het autorijden betrekt. In de Range Rover TDV8 Vogue gaat het er – uiteraard - op een hele andere manier aan toe. Hij stuurt redelijk indirect en in het stadverkeer geeft de installatie weinig weerstand. Met het oog op terreinrijden is hiervoor bewust gekozen. Door de grote stuuruitslag bezeer je minder snel je vingers als het stuur ‘terugslaat’ tijdens het verschalken van een kuil. Op de snelweg wordt de besturing een stuk zwaarder, waardoor ‘ie niet zweverig aanvoelt. Wat ook opvalt is – in relatie tot zijn formaat – de relatief korte draaicirkel van 12 meter. Een Volkswagen Golf heeft bijvoorbeeld maar één meter minder nodig om dezelfde bijzondere verrichting te doen. Dat maakt de Range Rover ook in het stadsverkeer nog redelijk handelbaar. Zo’n enorme auto blijft natuurlijk verre van handzaam, maar de grote Brit is overal vrij eenvoudig doorheen te loodsen. Door het grote glasoppervlak is omvang van de koets veel beter in te schatten dan die van de Evoque. In die laatste heb je echt parkeersensoren nodig, terwijl je de grote Range ook zonder die elektronische hulpjes gemakkelijk inparkeert. De grote welvingen aan weerszijden van de motorkap zorgen ervoor dat je de afstand perfect kunt inschatten.

In tegenstelling tot het dynamische onderstel van de ‘baby-Range’ is de luchtvering van de TDV8  soft afgesteld. Werkelijk iedere hobbel of kuil wordt welhaast volledig weg gefilterd. Drempels kun je onbeschoft hard nemen, zonder dat je het gevoel krijgt de auto te mishandelen. Onverharde wegen worden gladgestreken alsof je op de vers geasfalteerde A2 rijdt. Dit is echt een comfortabele cruiser die niet uitnodigt tot hard rijden. In korte bochten heeft de luchtvering er moeite mee om de koets vlak te houden. Je merkt dan dat je met ruim 2,5 ton blik op pad bent. In lange bochten blijft de koets vreemd genoeg nog best vlak. Het lijkt erop alsof de luchtvering de krachten dan gelijkmatiger kan verdelen. Toch wordt hier het grote verschil tussen beide goed zichtbaar, de Evoque is echt op de sportieve rijder gericht.

Onmisbaar

Uiteraard zijn deze twee auto’s niet één op één te vergelijken, maar we deden het toch. Ze dragen hetzelfde luxe label en hebben net zoveel met elkaar gemeen als dat ze verschillen. Het merk Range Rover is uitgegroeid tot twee uitersten, een comfortabele grote terreinwagen en een dynamische compacte SUV. Wat rij-eigenschappen en looks betreft doet de grootste in dit geval het meest denken aan het origineel, hoewel ook de ontwerpers van de Evoque zich door het oertype lieten inspireren. Land Rover speelt in op de wensen van de huidige kopers. De Evoque is een fraai modeaccessoire, voor mensen die eens wat anders willen of (nog) niet over de financiële middelen beschikken om voor ‘the real deal’ te gaan. De auto’s vertegenwoordigen twee werelden, maar zijn in deze tijd onmisbaar voor het Britse traditiemerk.