Wie wel eens door de binnenstad van Parijs heeft gereden, weet welke chaos je daar tegemoet kunt zien. Zigzaggend verkeer, te hard rijdende brommers, overstekende voetgangers en een wegbelijning die alleen maar ter indicatie dient – als ze nog zichtbaar is. In de stad waar de Smarts en Mercedes S-klasses je om de oren vliegen bedwingen mijn fotograaf en ik de verkeersjungle in een onlangs vernieuwde Japanse midi-SUV: de Toyota RAV4. Hoe houdt die zich in deze Parijse toestanden?

Een hoog op de poten staand model is ideaal als je een beetje overzicht wilt houden over chaotische verkeerssituaties. De RAV4 heeft daarnaast genoeg bodemspeling om af en toe een flinke drempel of een stoeprandje mee te pakken. Toch is het oppassen geblazen dat je de tweekleurige lichtmetalen wielen niet beschadigt – gelukkig steken ze niet uit.

Toyota heeft de RAV4 bij de facelift een wat hoger opgetrokken grijns gegeven, waardoor de auto nu zelfverzekerder voor zich uit kijkt. Daar heeft dit model dan ook alle reden voor, omdat de eerste generatie al in de jaren ’90 een segment aanboorde dat nu erg populair is geworden. De RAV4 was toen zijn tijd ver vooruit maar inmiddels wordt hij links en rechts door Europese en Koreaanse concurrenten ingehaald. Aan de achterzijde zie de leeftijd van het model wel af, de basis stamt immers uit 2006. Toch maakt het nieuwe neusje het ontwerp weer wat langer houdbaar, ook dankzij de zichtbare verwantschap met de grotere Land Cruiser.

Dashboardrand

Hoewel het dashboard speelse vormen heeft, oogt het interieur van de RAV4 een beetje gedateerd. Dat komt voor een deel door de grauwe grijs-zwarte kleurstelling, maar ook door de oranje dashboardverlichting en ouderwets ogende displays. Er bevindt zich een horizontale scheidslijn waarboven een prominent touchscreen navigatiesysteem is geplaatst, met daaronder de bediening van de climate control. Deze is makkelijk af te lezen en te bedienen dankzij de plaatsing op een soort opstaande rand. Helaas is deze dashoardrand over de gehele breedte doorgetrokken, waardoor bovengemiddeld lange mensen met hun knieën er tegenaan komen. Zelfs met de stoelen in de achterste en laagste stand kom je voorin beenruimte tekort. Daarnaast zijn de zittingen ook nog eens aan de korte kant. Dat is een puntje om rekening mee te houden als je in de markt bent voor een RAV4. De rugleuning ondersteunt gelukkig prima en houdt je goed op je plek.

Het turbogat is zo groot dat je bij volgas eerst koffie kunt zetten, om vervolgens het kopje uit je handen te zien vliegen

Wat het dashboard verder een beetje verouderd maakt zijn de grote rechthoekige drukknoppen links van het stuur. En zo zijn er meer kleine dingetjes die de leeftijd verraden: de raambediening heeft alleen linksvoor een automatische doordrukstand, de ‘driemaal knipperen functie’ ontbreekt en de cruise control zit bij Toyota al zo’n twintig jaar vertrouwd op een stengeltje rechtsachter het stuur. Dat stuurwiel zelf ziet er trouwens wel grappig uit, met z’n afgeplatte onderkant. Het stuurtje is vrij compact en pakt lekker beet. Op de spaken bevinden zich knoppen om de audio, bluetooth carkit en boordcomputer mee te bedienen. Het is jammer dat een USB-aansluiting voor een MP3-speler ontbreekt.

De bekleding van het meubilair verdient in deze meest luxueuze Executive Business uitvoering een speciale vermelding. Het ziet er erg chique uit door de geperforeerde Alcantara zit- en rugvlakken in combinatie leder aan de zijkant. Achterin ben je bijna nog beter bedeeld dan voorin, want er is voldoende beenruimte en je hebt geen last van die vervelende dashboardrand. Nog verder naar achteren bevindt zich een riante bagageruimte van maar liefst 586 liter groot. Helaas is de toegang tot die ruimte een beetje onhandig, door de naar rechts openzwaaiende achterdeur. Daaraan zie je dat dit een Japanse auto is, aangezien men links rijdt in dit land en dus ook veelal links langs de stoep parkeert. Dan zie ik liever een omhoog zwaaiende achterklep, die ook als voordeel heeft dat je minder ruimte achter de auto nodig hebt. In Parijs is dat geen overbodige luxe want daar staan de auto’s vaak genoeg letterlijk bumper aan bumper geparkeerd.

Oerknal

Bij het starten van de door zijn kracht en schone uitstoot befaamde 2.2 D-4D D-CAT dieselmotor ontwaart zich een rauw geratel. ‘Clean diesel power’ gaat blijkbaar niet gepaard met veel raffinement, al wordt het als de motor warm is en op constante snelheden een stuk beter. Het geavanceerde roetfilter dat deze motor zo schoon maakt heeft geen weerslag op het vermogen, dat bedraagt in combinatie met een handgeschakelde bak maar liefst 177 pk. Het koppel bedraagt 400 Newtonmeter. Helaas weet de zestrapsautomaat van de test-RAV4 daar geen raad mee, want die heeft 27 pk en 60 Nm minder dan de versie met handbak.

De dieselmotor komt met handbak wellicht beter uit de verf

De automaat vindt het nodig om pas rond de 3.000 tpm op te schakelen. Geef ik nou zoveel gas, of staat ‘ie misschien in de sportstand? Geen van beide blijkt het geval. Bij het ter hand nemen van schakelflippers kan ik het motorkarakter wat beter aanvoelen en dan blijkt dat de 2.2 dieselmotor een chronisch gebrek aan trekkracht heeft onder de 2.000 tpm - alwaar zich opeens een oerknal van trekkracht voltrekt. Het turbogat is zo groot dat je bij volgas vanaf 1.500 tpm zowat eerst koffie kunt zetten, om vervolgens rond de 2.000 tpm het kopje uit je handen te zien vliegen. Het maakt de snelheidsensatie indrukwekkender dan de werkelijke prestaties.

Op constante snelheid heerst er meer rust aan boord en heeft de RAV4 maar weinig toeren nodig. Bij een snelheid van 120 km/u draait de motor slechts 2.000 tpm en kun je relatief zuinig rijden. Het verbruik schommelt dan rond de 1 op 12. Helaas blijkt het onderstel op de snelweg wat te straf om oneffenheden in het wegdek soepel weg te werken. Op de Franse Péage stuitert de RAV4 wat teveel, dat komt het rijcomfort niet bepaald ten goede. Er is ook een keerzijde van deze onderstelafstemming, want op lage snelheiden ligt de RAV4 uitermate strak op de weg. De koets helt weinig over en je kunt er – zeker voor een middelgrote SUV - nog flink mee gooien en smijten. Het stuurgevoel maakt dat dynamische karakter compleet met voldoende gevoel en precisie. Op hogere snelheid wordt de besturing ook nog wat directer, waardoor een kleine stuurbeweging voldoende is om van rijbaan te wisselen.

De koets helt weinig over en je kunt er, voor een middelgrote SUV, nog flink mee gooien en smijten

In de Parijse binnenstad blijkt de RAV4 perfect wendbaar te zijn, al moet je bij het wegrijden wel rekening houden met de wachttijd van de turbo. De vierwielaandrijving zorgt ervoor dat je altijd tractie hebt en dat de banden niet doorslippen door de ruwe trekkracht, iets waar voorwielaangedreven Toyota’s met deze motor gauw last van hebben. De hoge zit is zoals verwacht erg prettig, omdat je net wat verder vooruit kunt kijken over de (veelal) Franse autootjes heen. Vanbinnen is de RAV4 de rust zelve, want op het lawaai van de motor na laat hij weinig geluid van buiten door. De Toyota voelt daardoor als een veilige en vertrouwde werkplek in een hectische omgeving.

De RAV4 is in deze uitvoering wel prijzig: bijna 50.000 euro is veel geld. Het zijn de dieselmotor, het luxe uitrustingsniveau en de automaat die deze Toyota zo duur maken. Neem je genoegen met voorwielaandrijving, een vrijwel even sterke benzinemotor en kun je al die luxe best missen, dan koop je al vanaf 27.720 euro een RAV4 die niet veel minder fijn rijdt. De automaat zou ik laten staan, vanwege de hogere aanschafprijs en het bijbehorende verbruik en vermogensverlies. De dieselmotor komt met handbak wellicht beter uit de verf. Van het verbruik moet je niet al te hoge verwachtingen hebben. Het gemiddelde over de gehele trip was 1 op 11,5, wat acceptabel is maar niet beter dan bijvoorbeeld de veel zwaardere Volvo XC90 D3 waarmee enkele collega’s naar Parijs gingen. De Volvo bleek met slechts 13 pk meer en ruim 450 kg extra gewicht nog even snel te zijn ook.

Nonchalance

De Toyota RAV4 is ondanks enkele minpunten een geschikte reisgenoot voor deze trip naar Parijs gebleken. In de stad is de RAV4 misschien nog wel meer in zijn element dan op de snelweg, waar hij toch enig rijcomfort mist. In het interieur merk je aan bepaalde details dat je niet meer in een hele moderne auto zit. De motor mist bovendien een zekere mate van raffinement. Toch zijn de rijeigenschappen dynamisch genoeg om vlot en brutaal door het drukke Franse verkeer te manoeuvreren, in alle rust en met volledige controle. Achter zijn ingetogen uitstraling gaat daarmee een zekere nonchalance schuil die hem toch een beetje Frans karakter geeft - en dat past dan weer goed bij de Parijse rijstijl.