Deels terecht, deels onterecht hangt aan Toyota een suf imago. Milieuvriendelijke auto’s zoals de Prius staan immers niet synoniem aan hip, al denken ze daar in de Verenigde Staten anders over. Met de introductie van de GT86 denk ik terug aan het Toyota dat vroeger sportievelingen als de Celica, MR2 en Supra maakte. In een poging het merk Toyota verder te verjongen is de Avensis nu voorzien van een meer sprekende neus. Eens zien of de middenklasser nog meer in petto heeft.

De Toyota Avensis is niet het toonbeeld van aansprekend design, al kun je ‘m ook niet echt lelijk noemen. Het ontwerp hangt een beetje tussen netjes en saai in, wat de een als positief ervaart en de ander als negatief. Hoewel de vernieuwde Avensis aan de achterzijde nauwelijks is veranderd, ging de voorzijde er flink op vooruit. In combinatie met de fraaie, blauwe lak en de moderne lichtmetalen wielen staat er niet alleen een nette, maar ook een best aantrekkelijke stationwagon.

Vrijwel ongewijzigd

Aan de binnenzijde zijn de verschillen met de vorige versie minimaal. De tellers zijn licht gewijzigd en het touchscreen-navigatiesysteem (standaard op de Dynamic Business) is vernieuwd. Het beeldscherm is niet alleen mooier in het dashboard geïntegreerd, de menustructuur is vergemakkelijkt en het scherm van betere kwaliteit. Dat is bij Japanse merken niet altijd gemeengoed, maar bij de Avensis mooi verholpen. Met maar liefst elf speakers klinkt muziek ook nog eens meer dan prima.

Het dashboard is verder ongewijzigd gebleven. Wat betreft afwerking staat de Toyota nog steeds op  hoog niveau en hoewel enkel de bovenzijde ‘soft touch’ is, oogt de rest niet goedkoop. De kleurencombinatie van dit testexemplaar laat het binnenste chique ogen. Wel moet ik zeggen dat de combinatie van koperkleurige strips, hout en beige bekleding wat oubollig oogt. Sommige bedieningsknoppen, zoals die van de cruise control, doen echter afbreuk aan het geheel. De ouderwetse schakelaars zijn typisch Japans maar zelfs de Koreaanse merken laten tegenwoordig zien dat het anders kan. Wel krijg je voor de 35.585 euro die de Dynamic Business moet kosten een riant aangeklede auto.

De Toyota Avensis is niet het toonbeeld van aansprekend design, al kun je ‘m ook niet echt lelijk noemen. 

Toyota heeft vooral veel aandacht besteed aan de binnenruimte van de Avensis Wagon. Achterin zitten volwassenen meer dan prima, het is echter de kofferbak die de meeste indruk maakt. Met 543 liter heeft de stationwagen veel bagageruimte. Van een tildrempel is nauwelijks sprake en de achterbank is gemakkelijk in twee delen plat te leggen. Hiermee creëer je 1.609 liter ruimte, waar met gemak een fiets in past. Lifestyle-combi’s zien er in het algemeen mooier uit, maar zo’n traditionele koetsvorm heeft praktische voordelen.

Rustgevend

Welke motor je ook kiest, de Toyota valt altijd in de 25 procent-bijtellingscategorie. Dit is vrij opmerkelijk, want vrijwel iedere concurrent heeft op zijn minst één uitvoering die voor de leaserijder interessant is. De gereden 2.0 D-4D-F dieselmotor zou een geschikte kandidaat kunnen zijn, want hij stoot net 4 gram CO2 teveel uit om een ‘20 procent-auto’ te zijn. Het ontbreken van een start/stop-systeem is bij deze auto dus daadwerkelijk een gemis.

Met 124 pk vermogen en een koppel van 310 Nm is deze motor voor alledaags gebruik voldoende. Nadat een duidelijk voelbaar turbogat is overwonnen voelt de tweeliter viercilinder krachtig genoeg aan. Pas bij hogere snelheden merk je dat de 2.0 een basismotor is, wat betekent dat je op de snelweg zo nu en dan net iets meer vermogen wenst als je wilt gaan inhalen. Wie van stevig doorrijden houdt of paar keer per jaar een caravan trekt, kan altijd nog zijn of haar heil zoeken bij de twee andere dieselstokers met 150 en 177 pk. Het verbruik is prima te noemen. Met veel stadsverkeer schommelde het gemiddelde tussen de 1 op 12,1 en 13,1, met meer snelwegkilometers kwam ik uit op 1 op 16,2.

De vernieuwde Avensis is aan de achterzijde nauwelijks veranderd

Rijden in de Avensis kun je rustgevend noemen. Het onderstel is heerlijk comfortabel afgestemd, zonder week te worden. In bochten hangt ‘ie een klein beetje en treedt onderstuur relatief snel op, maar dat is een logische keerzijde van de zachte afstelling. Aan boord mag het best wat stiller zijn, vooral de motor laat behoorlijk van zich horen.

De besturing is licht en wat gevoelloos, maar de installatie voelt wel veilig en betrouwbaar aan. Tijdens het rijden merk je ook hoe fijn de stoelen zijn. Ze geven voldoende ondersteuning en bieden een prettige zit. Helaas is de zithouding ten opzichte van het stuurwiel niet optimaal, je moet echt zoeken naar een bevredigende zitpositie. Dit is te wijten aan de beperkte diepteverstelling van het stuur. Ook opvallend: de clignoteur kent geen ‘drie keer knipperen’-stand. Deze facelift was een uitgelezen kans om zoiets kleins op te lossen.

Zijn sterkste punt

De Avensis 2012 smoelt veel beter dan voorheen en oogt van binnen nog altijd modern. Dat neemt niet weg dat Toyota zich er op technisch vlak wel erg makkelijk vanaf heeft gemaakt. Vrijwel iedere fabrikant in dit segment komt met steeds zuinigere en schonere motoren, waar je - vooral financieel – van kunt profiteren. Helaas niets van dit alles bij de Avensis. Je koopt deze auto vooral vanwege zijn comfort, de Japanse kwaliteit en de vele ruimte. De Toyota Avensis opereert eigenlijk altijd in de middenmoot en misschien is dat wel zijn sterkste punt.