Woorden als kapsones en poeha komen in het vocabulaire van Dacia niet voor, maar ‘gebruiksgemak’ en ‘lage prijzen’ schrijven de Roemenen met hoofdletters. Ze bouwen no-nonsense auto’s met veel ruimte en beproefde Renault-techniek. Die wagens slaan ook in West-Europa aan, alwaar autokopers vooral gebrand lijken te zijn op glimmers, statige merklogo’s en mooie wielen. Niets van dat alles bij een Dacia, die veelal gekocht wordt door mensen die auto’s puur als vervoermiddel zien en daaraan geen status ontlenen. In die denkwijze past de nieuwe Dacia Dokker uitstekend, want deze personenauto is afgeleid van een bedrijfswagen. De ingrediënten? Onder andere twee schuifdeuren, vijf zitplaatsen en een enorme bagageruimte.   

Niemand koopt een Dacia vanwege het trendsettende design en een Dacia Dokker ziet er dan ook vooral functioneel uit. Werkelijk niets lijkt enige aandacht van ontwerpers te hebben gekregen, maar op een of andere manier straalt ‘ie daardoor iets sympathieks uit. Je weet gewoon bij de eerste aanblik dat deze auto helemaal niet mooi mág zijn, want daardoor zou de Roemeen zijn primaire doel weleens kunnen verloochenen. Het stompe neusje, de enorme portieren en het hoge koetswerk representeren het pragmatische karakter van de Dokker. De metallic lak en lichtmetalen wielen zijn alleraardigst, maar ergens hoort zo’n Dokker ongespoten bumpers en spiegels te hebben, basis-witte lak te dragen en op stalen velgen (zonder wieldoppen!) te staan.

Het naakte blik

Een Dacia is vanbinnen een soort tijdmachine, want je waant jezelf pakweg tien jaar terug in de tijd. Knoppen uit Renaults Clio en Mégane van 2004 en harde kunststoffen bepalen het Dokker-interieur. Maar wat zie ik daar? Chromen randen om de meters, een verchroomde inleg op de pookknop en een multimediasysteem – krijgt Dacia ineens premium-aspiraties? Nee hoor, de ontelbaar veel onbedekte plaatwerkdelen en het eenvoudige, doch prima meubilair brengen me weer met beide benen op de grond. En da’s goed zo, want simpliciteit is ‘Dacia-heritage’. Het LG-audio- en navigatiesysteem met Bluetooth werkt uitstekend en vormt voor slechts 495 euro een aanrader op de luxere Lauréate-uitvoering. De ergonomie is prima, hoogstens zit de airconditioningbediening aan de lage kant.

Werkelijk niets lijkt enige aandacht van ontwerpers te hebben gekregen, maar op een of andere manier straalt ‘ie daardoor iets sympathieks uit. 

En dan uiteraard hét Dokker-argument: ruimte! Het dashboard heeft aan de bovenkant enorme opbergvakken, de voorportieren en schuifdeuren herbergen grote kaartenbakken en boven de voorruit hangt een behoorlijke plank. En dan heb ik het nog niet eens over de zowat grenzeloze hoofdruimte, meer dan voldoende knieruimte achterin en een XXL-bagageruimte van 800 liter. De achterbank kan in twee delen worden neergeklapt, waarvoor eerst de rugleuning omlaag gaat en vervolgens in één handbeweging ‘het hele zwikkie’ naar voren klapt. Zodoende ontstaat zelfs 3.000 liter stouwruimte en kunnen probleemloos fietsen worden vervoerd. Inladen gaat heel eenvoudig via beide achterdeurtjes, die tot 180 graden zijn te openen. Let wel op dat het onbeklede blik niet beschadigt, want dan ziet je Dokker er na korte tijd uit als de bedrijfsbus van een klusjesman. Een kleedje gebruiken kan wonderen verrichten.          

Nu zelfs met turbo

Voorheen kreeg Dacia steeds Renault-techniek van enkele generaties terug, maar inmiddels stelt Renault zijn Oost-Europese merk steeds moderner spul beschikbaar. Daarvan is de 115 pk sterk 1,2-liter TCe het mooiste voorbeeld, want dat krachtige motorblok brengt prima vaart in de Dokker. Met 115 pk vermogen en een vroeg voorhanden koppel van 190 Nm bij 2.000 tpm sprint deze Dokker in 10,7 seconden van 0 naar 100 km/u en stopt de acceleratie bij 175 km/u. Nu zijn die waardes niet echt belangrijk, maar deze motor zorgt ervoor dat 130 km/u een prima kruissnelheid is. Het geluidniveau is opvallend gering voor een ‘veredelde bestelauto’ en inhaalacties verlopen dankzij de turbokracht vlot.

De metallic lak en lichtmetalen wielen van de Dacia Dokker ogen alleraardigst.

Aan de viercilinder koppelt Dacia een vijfbak, die ietwat hakerig en met lange slagen schakelt. Da’s een contrast met de rest van de rijbediening, want zowel gaspedaal als stuurinrichting werken opvallend licht. Met een gemiddeld verbruik van 1 op 12,4 verzet deze 1.2 TCe geen bakens, maar voor een bijna 1.200 kg zware auto met een aanzienlijke luchtweerstand gaat deze Dokker netjes om met de kostbare benzine.  

De wielophanging van de Dokker is gericht op veel laadvermogen. Wie kalm doorrijdt en niet met hoge snelheid over slechte wegen gaat, merkt weinig van het op maar liefst 630 kilogram belading afgestemde onderstel. De straffe vering en demping zorgen ervoor dat een lege Dokker ‘kort’ reageert op oneffenheden, maar dat wordt nooit storend of echt oncomfortabel – veel mensen zullen het uitblijven van ‘deinbewegingen’ eerder als prettig ervaren. Wat helpt is de auto volladen, een aantal passagiers en een beetje bagage doen het rijcomfort veel goeds.

Het comfort was overigens ook gebaat geweest bij cruise control, maar dat is niet leverbaar. Wel heeft de Dacia een snelheidsbegrenzer. Die wordt ingesteld op een bepaalde snelheid, maar het kan voorkomen dat de begrenzer na bijvoorbeeld een stadsrit nog op 50 km/u staat, vervolgens geaccelereerd wordt op een snelwegoprit en de auto simpelweg niet harder dan 50 km/u gaat. Daarvoor moet je door een weerstand in het gaspedaal trappen of de begrenzer uitschakelen. Conclusie: op zich een aardig systeem, maar een echte cruise control is fijner. Sportiviteit is de Dokker vreemd, want stuurgevoel en communicatie met de vooras biedt de Dokker nooit. Rustig cruisen staat deze Dacia veel beter en mocht het toch eens te hard gaan, dan neigt de Dokker naar onderstuur en grijpt het ESP vroegtijdig in.       

Voordelig naar de ruimte

De grootste troef bewaart Dacia voor het laatst, want wie deze testauto met airconditioning, multimediasysteem en lichtmetalen velgen koopt, betaalt slechts 19.560 euro. Voor een basis-Peugeot Partner of instap-Volkswagen Caddy moet twee á drie mille extra worden betaald, terwijl de Dokker vanaf 15.990 euro in de prijslijst staat. Daarmee is de Dokker een prijspakker van de eerste orde, hoewel het vele onbedekte plaatwerk en het goedkope plastic in het interieur daarvan duidelijk blijk geven. Aan het ruimteaanbod doet die eenvoud niets af, want de bagageruimte is honderden liters groter dan die van voornoemde concurrenten. Die laadmogelijkheden worden gereflecteerd door het onderstel dat met zijn ‘bagage-ophanging’ straf is. Toch krijgt het hoofdstuk ‘rijden’ een ruime voldoende omdat deze TCe 115 voor hele nette prestaties zorgt en rijgeluiden goed geïsoleerd worden. Wie voordelig naar de ruimte wil, moet zonder meer zijn licht opsteken bij de Dacia-dealer.