Compleet nieuw maar toch vertrouwd, het design van de derde nieuwe Mini kent geen verrassingen. Onder de kap zit echter een cilindertje minder en er zijn meer veranderingen op technisch vlak. De eerder geteste Cooper enthousiasmeerde behoorlijk. Nu gaan we back to basics en rijd ik met de Mini One – de basisuitvoering dus – en dat blijkt zeker niet behelpen.

Je zou het bijna vergeten, maar naast de rappe Cooper en ronduit snelle Cooper S levert Mini nog altijd de One als instapper. Voorheen waren dit teruggeschroefde Coopers, maar in de derde generatie heeft de One voor het eerst een eigen motor. Deze 1,2 liter driecilinder schopt het tot 102 pk, net iets meer dan zijn voorganger, ondanks het gemis van een cilinder. De driecilinder is ook zuiniger dan de uitgaande viercilinder, slechts 4,6 l/100 km. De uitstoot van 108 gram CO2/km laat de Mini One in de 20 procent-bijtellingscategorie vallen en dat is simpelweg een gemiste kans. Om echt een toontje mee te kunnen zingen in die o zo belangrijke zakelijke markt is een 14 procent-versie een absolute must.

Niet alleen het vermogen is iets toegenomen, ook het wagengewicht en de afmetingen zijn gegroeid. Toch stuwt het nieuwe blok de Mini One naar betere prestaties dan voorheen. Zo is de sprint van 0 naar 100 km/u in 9,9 seconden geklaard. De top ligt met 195 km/u ook een stukje hoger. Het onderstel is simpelweg fenomenaal, hij kan harder een rotonde in dan jij durft en je komt er gegarandeerd met een glimlach weer uit. Sturen gaat met veel gevoel en precisie, zoals je van Mini mag verwachten.

Belerend schakelvisje

Toch voelt de Mini One niet aan als een sportieve auto en dat heeft niks met het onderstel of een gebrek aan vermogen te maken, het is vooral de versnellingsbak die roet in het eten gooit. Ongetwijfeld om brandstof te besparen is de One standaard uitgerust met een zesbak met extreem lange overbrengingen. Zo trek ik in z'n drie makkelijk door naar 165 km/u en zit ‘ie nog niet eens in het rode toerengebied.

Het belerende visje, bedoeld om je te helpen zuiniger te rijden, heeft bij mij een averechts effect op m’n glimlach

Luister je echter naar het digitale visje in het multimediasysteem, dan moet je al bij 60 km/u naar zijn vijf schakelen. Dat belerende visje is bedoeld om je te helpen zuiniger te rijden en het gaat steeds vrolijker kijken naarmate je minder brandstof verbruikt. Overigens heeft dat overdreven zuinige rijgedrag – wat ik ook probeer, ik kom niet verder dan vier van de vijf sterren – bij mij een averechts effect op m’n glimlach. Hier koop je toch geen Mini voor?

Gelukkig kent de Mini drie rijmodi, waarvan de Green-modus met visje er één van is. Zet ‘m in 'Sport' als je even lekker wilt sturen en de auto reageert alerter op het gas. 'Mid' is de gulden middenweg; 'onvervalst Mini-plezier', aldus de boordcomputer en dat klopt. Dit is wat mij betreft de stand voor dagelijks gebruik, waarin je zowel zuinig als relaxt kunt rijden maar waarmee je ook lekker bochtjes mee kunt pakken als je daar zin in hebt.

Alleen het hoogstnoodzakelijke

Aan boord heb ik geen moment het idee met een kale instapversie onderweg te zijn, ondanks dat de importeur deze One naar eigen zeggen niet heeft afgeladen met opties zoals ‘ie dat normaal met testauto's doet. Een blik op de optielijst van de testauto laat echter zien dat deze Mini One 26.030 euro kost, terwijl je kunt instappen vanaf 18.494 euro. Dat is dus ruim 7.500 euro aan opties. Het grootste deel van dat bedrag komt op het conto van het Chili-pakket, het bovenste uitrustingsniveau met gescheiden klimaatregeling, mistlampen, halflederen sportstoelen, een heel fijn sportstuurtje en meer comfortverhogende goodies.

De driecilinder is zuiniger dan de uitgaande viercilinder

Daarnaast heeft deze One een chroompakket waarmee de plasticzwarte spiegels en stootlijst die de One onderscheiden van zijn duurdere broertjes voorzien worden van een glimmend laagje en een head-up display. Als kers op de taart zijn led-koplampen aangevinkt, die niet alleen een lekkere high-tech uitstraling hebben maar ook nog eens een flinke bak licht geven. Wie minder veeleisend is, kan ook voor het 1.371 euro kostende Salt-pakket gaan met essentials als een handbediende airco, vloermatten en een boordcomputer. Kruis het eenvoudigste lichtmetaal aan en je hebt voor twintigduizend euro een acceptabel uitgeruste Mini voor de deur staan. Wat je standaard op elke Mini krijgt, dus ook op een kale instapper, is de hoogwaardige afwerking met mooie materialen, hier is de hand van moeder BMW duidelijk in te herkennen. Feit blijft dat je voor een leuk uitgeruste auto dieper in de buidel moet tasten. Dan rijd je er wel prinsheerlijk bij, want in deze One ontbreekt het je aan niets.

Wat je standaard op elke Mini krijgt is de hoogwaardige afwerking met mooie materialen, hier is de hand van moeder BMW duidelijk in te herkennen

Nu ja, aan ruimte misschien, want ondanks de toegenomen buitenmaten moeten de achterpassagiers onverminderd afzien. De beenruimte is zeer beperkt en ook de hoofdruimte houdt niet over. Wil je een Mini én een bruikbare achterbank, wacht dan even op de langere vijfdeurs variant, al komt die er vooralsnog niet als One. Voorin zit je uitstekend, de hoge raamlijn in combinatie met de lage zit geeft je een onvervalst cockpitgevoel, wat onderstreept wordt door de tuimelschakelaars aan het dak. De bagageruimte is groter geworden en voldoet prima voor boodschappen of vakantiebagage (met de bank plat) van een tweepersoonshuishouden. Groot is nog steeds niet het juiste woord, ik houd het op voldoende.

Niet voor nuchtere mensen

Nuchter bezien zijn er voor 26.000 euro grotere, ruimere en zuinigere auto's te koop. Nuchtere mensen zullen dan ook niet snel in een Mini stappen, een Mini is een stukje emotie. Je kunt de emotionele redenen om Mini te gaan rijden onderverdelen in twee categorieën: het rijplezier en z'n looks. Op dat eerste punt stelt hij teleur door de versnellingsbak met lange overbrengingen, al maakt het fijne onderstel een hoop goed.

Daar staat tegenover dat deze One, toch de minst sportieve uit de Mini-familie, waarschijnlijk meer kopers trekt met z'n looks. Die worden niet teleurgesteld want het speelse ontwerp van de buitenkant wordt binnenin vrolijk doorgetrokken. Met alle opties die je hebt om de auto naar smaak aan te passen, zul je niet snel iemand tegenkomen met exact dezelfde auto. Goedkoop is de One niet, zeker niet als je hem leuk wilt uitrusten, maar je stapt elke ochtend gegarandeerd met een glimlach in jouw Mini.