In zijn jongste gedaante heeft de Toyota Yaris weliswaar een grote mond, maar in werkelijkheid is het een heel bescheiden auto. En daar is helemaal niets mis mee. Tijd om de proef op de som te nemen met de lichtste motor en een luxe uitrustingsniveau.

De grote mond ten spijt is de Yaris ook na zijn verjongingskuur nog steeds een auto zonder pretenties, zeker in de kleur Avantgarde Bronze en op de kleine 14-inchwieltjes met wieldoppen, die altijd je deel zijn als je voor de 1,0-liter benzinemotor kiest. De brochure staat weliswaar vol met allemaal actieve jongelui die allemaal actieve jongemensendingen doen, maar de werkelijkheid is anders: het zijn vooral senioren die Yaris rijden en ik denk niet dat deze vernieuwde versie daar veel verandering in gaat brengen.

Met een Yaris heb je wel een heel degelijke en net aangeklede auto in handen. Anders dan in een Aygo is nergens in het interieur blank staal te bekennen. De achterste zijruiten openen gewoon naar beneden en niet als uitklapraampje naar buiten toe, en portieren en achterklep voelen aan als iets van staal en niet van blik. In deze luxe Lounge-uitvoering zijn delen van het dashboard en van de deurpanelen zelfs bekleed met zacht materiaal, en krijg je mooie achterlichtunits met leds - om maar eens wat te noemen. Leg je de prijslijsten naast elkaar en je spreekt van een verschil van pakweg 1,5 tot 2 mille tussen gelijkwaardig uitgeruste Aygo’s en Yarissen. Praten over andermans portemonnee is altijd makkelijk, maar ik vraag me wel af of doorsparen voor de grotere auto dan niet heel interessanter is.

De brochure staat  vol met allemaal actieve jongelui die allemaal actieve jongemensendingen doen, maar de werkelijkheid is anders.

Meer adem

Het vergelijk is nog eens extra interessant omdat de al genoemde 1.0 motor zowel in de Aygo als in de Yaris dienstdoet. De specificaties zijn exact eender, al moet de Yaris iets toegeven qua prestaties en verbruik vanwege zijn ‘strafgewicht’ van 125 kg. Daarom zijn de verhoudingen van de vijfversnellingsbak aangepast, met als gevolg dat de Yaris over de hele linie meer toeren draait dan zijn gelijk gemotoriseerde kleinere broer. Het geeft de Yaris net wat meer adem en pit dan de wat afgeknepen aanvoelende Aygo. Daardoor houd je ook bij vroeg opschakelen nog redelijk wat acceleratievermogen over.

Keerzijde van de medaille is dat je op de snelweg tegen behoorlijk wat toeren aan zit te kijken: 3.800 tpm bij 120 km/u en zelfs ruim 4.000 omwentelingen bij 130 km/u. Eenmaal op een constante snelheid hoor je de driecilinder niet, maar belast je hem weer ietsje meer, dan is er een duidelijke brom waarneembaar. Het is allemaal niet opmerkelijk en het rijdt er niet minder om, maar wie veel kilometers wegtikt op de snelweg kan misschien beter een upgrade naar een sterkere motor overwegen. De motor is wel heel zuinig: 5,3 l/100 km (1 op 18,8) was de eindscore na een week rijden. Houd je je echt consequent aan maximaal 100 km/uur, dan komt die magische 5 liter ook nog wel in zicht.

Zalig eenvoudig

Ook wat rijden en sturen aangaat is duidelijk te merken dat de Yaris meer voor het stadswerk is gemaakt dan voor de hogere snelheden. De besturing is heel licht en direct, waardoor je de Toyota zalig eenvoudig kunt keren, inparkeren en manoeuvreren. Op hogere snelheid is het gevoel in de besturing dusdanig afwezig dat je de eerste ‘stuuraanzet’ vaak een of twee keer moet corrigeren. Daarentegen krijg je de auto niet snel van zijn stuk: op onderstelgebied heeft Toyota wat dat betreft zijn zaakjes goed voor elkaar.

Waar de Yaris zonder enig misbaar een drempel in een 60 km-zone pakt, voelt hij op de snelweg soms wat onrustig aan - alsof het tempo te hoog ligt voor de ophanging om de richels en putten goed weg te werken. Daar komt bij dat de pedalenset zo licht te bedienen is dat het aanvankelijk nog een hele kunst is om soepel van je plek te komen. Het aangrijppunt van de koppeling is moeilijk te vinden en het gaspedaal is ook niet zo eenvoudig te doseren.

De Toyota Yaris is ook na zijn verjongingskuur een auto zonder pretenties.

Details

Minpuntjes vind je verder voornamelijk in de details. De achterruitenwisser bijvoorbeeld doet zijn werk waarschijnlijk prima in een Yaris waarvan het stuur rechts zit, maar voor continentaal Europa zou ook de wisser ‘gespiegeld’ gemonteerd moeten zijn, want juist in je blikveld laat hij de druppels en het vuil zitten. Het flinterdunne vloermatje in de kofferruimte heeft een vlijmscherpe rand: heb je net een lekke band en moet je het reparatiesetje aanspreken dat onder dat matje ligt, haal je vingers ook nog eens je open. Omdat de wielkuipen niet of nauwelijks zijn geïsoleerd en bekleed, zijn het klankkasten voor steentjes die door de banden in die kuipen worden geslingerd. Verder is Toyota vergeten een goede steun voor de linkervoet van de bestuurder te verzorgen.

Strikt genomen ben je met een goedkopere uitvoering ook al heel goed bedeeld, maar de Yaris Lounge heeft echt alles: navigatiesysteem, achteruitrijcamera (volstrekte nonsens op een auto als deze, maar toch leuk), klimaatregeling, alle zijruiten elektrisch bedienbaar, noem het maar op. Cruise control en mistlampen zijn niet standaard of leverbaar op de Lounge-uitvoering als je hem in combinatie met deze 1.0 neemt en dat is net zo merkwaardig als jammer. Vooral die ‘tempomaat’ was welkom geweest.

Doe er maar een

Er is dus best wat te mopperen op de Yaris, maar als het gaat om ‘het geheel’, dan is het gewoon een heel solide en zorgeloze auto. Als je geen 16.750 euro op je bankrekening hebt dan kan je  voor pakweg 260 euro in de maand dit autootje via Toyota’s Op Maat-financiering rijden. Dat Op Maat-verhaal is een vorm van private lease, of huurkoop zoals opa en oma zouden zeggen, en kan een alternatief zijn voor het klassieke verhaal van aanbetaling, inruilauto en de rest bijlenen als dat om wat voor reden dan ook geen optie is.

Voor scheurneuzen is deze auto niet bedoeld, en voor expressievelingen ook niet. Maar je hoeft geen senior te zijn om dat te waarderen: niet iedereen heeft behoefte aan de snoepkleurtjes van een Aygo of de veelgeroemde rijeigenschappen van een concurrent als de Ford Fiesta. Mijn pensioen ligt nog ver na de horizon en ik had deze Yaris graag voor mijn deur gehad. Als antwoord op de vraag of je een Aygo moet nemen of beter door kan sparen voor een Yaris: wat mij betreft het laatste.