Met de winter op komst gaat de kachel weer aan, halen we de winterjas uit de kast en denken we al weer aan de cadeaumaand december. Niet het seizoen voor een cabrio, maar het één sluit het ander niet altijd uit. De Renault Mégane Coupé-cabriolet is op alle seizoenen voorbereid. Hij kreeg onlangs een facelift en mag zich opnieuw bewijzen.

Het neusje van de gefacelifte Renault Mégane CC is zichtbaar anders dan bij z’n introductie in 2010. Het is dat de carrosserie verder gelijk bleef, maar recht van voren lijkt het bijna een Renault van de nieuwe generatie. De zwarte grille creëert een optische verbinding tussen het Renault-logo en de donkere koplampen, terwijl de voorbumper nu breeduit grijnst. De nieuwe voorkant is wat beter in verhouding met de lange, hoge achterkant – die veranderde overigens niet.

Van wit naar zwart

Het kleurenpalet van de testauto oogt een beetje rommelig, door de witte lakkleur in combinatie met het zwarte dak. De voorruitomlijsting en wielen zijn aluminiumkleurig, de buitenspiegels en het dak hoogglans zwart, de achterbumper heeft een zwart kunststoffen onderzijde en enkel de carrosserie is wit. Met name die lange achterkant, waarin het dak zich in twee delen kan wegvouwen, wordt onnodig benadrukt door de zwarte onderzijde. Alleen al daarom zou ik een zwarte lakkleur aanbevelen, het maskeert z’n dikke derrière en de aluminium details komen beter tot hun recht. Groot pluspunt van de Mégane CC blijft het glazen dak dat een fantastisch uitzicht en een ruimtelijk gevoel geeft, juist wanneer je ‘gesloten’ rijdt.

Groot pluspunt van de Mégane CC blijft het glazen dak, dat een fantastisch uitzicht en een ruimtelijk gevoel geeft.

Overschaduwd

Open je de deuren (en het dak) dan kijk je uit op het bekende en keurig afgewerkte Mégane dashboard, dat in deze zwarte kleurstelling een tikkeltje somber oogt. Je zakt heerlijk weg in de sportief gevormde stoelen, die behoorlijk wat zijdelingse steun bieden. Het ‘open’ gevoel wordt letterlijk een beetje overschaduwd door de ver doorlopende voorruit, maar daardoor zit je wel lekker uit de wind en blijft je kapsel langer in model. De zitpositie is verder erg goed en het dikke stuurwiel is over grote lengte en diepte verstelbaar. Achterin kun je nog best aardig zitten wanneer degene voor je iets inschikt, maar op hogere snelheid zou ik liever het handige windschot monteren. Het dak slokt ook aardig wat bagageruimte op, want in gesloten toestand beschik je over een heel behoorlijke 417 liter. Die ruimte wordt met het dak dicht bijna gehalveerd naar 211 liter. Nog altijd voldoende voor een weekendje weg en als je de achterbank volstouwt met tassen dan kun je nog langer van huis blijven met z’n tweetjes.

Bovenaan het dashboard prijkt nu het nieuwe R-link navigatiesysteem, dat uitstekend werkt en zich net zo eenvoudig als een TomTom laat bedienen middels het touchscreen of de centrale knop op de middenconsole. De snelheidsmeter is digitaal, de toerenteller analoog. Natuurlijk heeft Renault ook aan een knopje gedacht om alle vier de ramen in één keer te openen of sluiten. Het zware glazen vouwdak laat zich enkel stilstaand openen en sluiten en dat kost even wat tijd. Qua opbergruimte en bekerhouders schiet de Mégane een beetje tekort. De middenconsole telt slechts één buitengewoon onhandig geplaatste bekerhouder achter de versnellingspook, die daardoor zo goed als onbruikbaar is. De portiervakken bieden evenmin handig plaats aan een flesje drinken, dus dan blijft enkel het dashboardkastje over.

De lange, hoge achterkant van de Renault Mégance CC veranderde niet.

Overzichtelijk

Het motorenaanbod en de beschikbare uitrustingsvarianten zijn met de facelift heel overzichtelijk gereduceerd tot één uitvoering: de Mégane CC is er enkel nog als de hier geteste Energy TCe 130 Stop & Start Privilège die een basisprijs kent van 34.490 euro. Aan de ene kant jammer dat er niet meer uitvoeringen en motoren meer beschikbaar zijn, aan de andere kant bespaart het Renault kosten en de koper keuzestress. De testauto was enkel voorzien van lederen bekleding (1.990 euro) en een drietal pakketten (totaal 1.085 euro), wat de totaalprijs op 37.565 euro brengt. Voordat bedrag krijg je een cabriolet die vlot genoeg is en van alle wenselijke luxe en gemakken voorzien is.

De motor is gedownsized van 1,4 liter cilinderinhoud naar 1,2, waarbij het vermogen van 130 pk gelijk bleef. Ondanks de kleinere motorinhoud is er nu 15 Nm meer koppel beschikbaar, maximaal 205 Nm bij slechts 2.000 tpm. In de praktijk kun je de bijna 1.500 kg zware Mégane CC daarmee schakellui rijden, zolang je niet al teveel haast hebt. Bij het wegrijden vanuit stilstand merk je dat het kleine blokje hard moet werken en een turbogat moet overwinnen voordat je een lekkere duw in je rug voelt. Eenmaal rollend gaat het allemaal soepeler vooruit, maar voor rappe inhaalacties moet je echt terugschakelen. Een actief start/stop-systeem bespaart brandstof bij stilstand, maar de opgegeven 1 op 15,6 haal je daarmee niet. Enkel wanneer de snelheden laag blijven en een boulevardrijstijl wordt aangehouden kom je in de buurt. Het testverbruik kwam uit op 1 op 12,5. Die score had je met een atmosferische tweeliter ook wel kunnen halen. De winst van deze kleine TCe zit ‘m vooral in het hogere koppel bij lagere toerentallen, wat meer souplesse en minder motorlawaai oplevert.  Overigens is ook daar een kleine kanttekening te maken, want met geopend dak en op lage snelheid hoor je soms het geluid van de tikkende injectoren weerkaatsen tegen de huizen om je heen – geen fijn geluid.

Het ‘open’ gevoel wordt letterlijk een beetje overschaduwd door de ver doorlopende voorruit, maar daardoor zit je wel lekker uit de wind.

De souplesse van de motor zou nog beter tot z’n recht komen met een automaat, maar die levert Renault helaas niet (meer). Gelukkig schakelt de handgeschakelde zesbak soepel en trefzeker. Het verdere rijplezier is afkomstig van een prettig gevoelige besturing en een uitstekende wegligging. Die zorgen er tezamen met de goede stoelen voor dat het lekker bochtjes pakken is met deze Renault. Op slecht wegdek en drempels voel je wel duidelijk een verschil in torsiestijfheid tussen open en dicht rijden, want met gesloten dak is de koets voelbaar stijver en dan rijdt deze Mégane net iets strakker. Dat doen de nieuwste generatie cabrioletten beter en die zijn ook ietsjes stiller met het dak dicht.

Het zonnetje op je bol

Zoals gezegd ben je snel uitgekeken in de prijslijst van Renault, waar slechts één variant van de Mégane CC vermeld staat. Wie liever een stoffen cabriokap heeft die wel rijdend te bedienen is en minder gewicht en ruimte inneemt, kan beter kijken naar een Volkswagen Golf (of Beetle) Cabrio of Opel Cascada. De Duitse concurrentie lijkt van het stalen vouwdak te zijn afgestapt, want de Volkswagen Eos en Ford Focus CC zijn niet meer leverbaar. De Renault Mégane CC concurreert daardoor vooral met een andere Fransman, de Peugeot 308 CC die (met z’n sterkere motor) zo’n 4.500 euro duurder is en op z’n laatste benen loopt. Daarom staat de Mégane bovenaan in het verlanglijstje van vierpersoons CC’s. Omdat je ook in de winter met het zonnetje op je bol wil rijden.