Er zijn van die auto's die je hun leeftijd niet geeft. Dat de Citroën DS3 5 jaar bij ons is zal dan ook menigeen verbazen. Bij Citroën houden ze de verjaardagskalender goed in de gaten, maar een passend cadeau voor de DS3 konden ze niet bedenken. Het blijft bij sieraden in de vorm van nieuwe koplampen. Het grootste cadeau is voor de bestuurder: 14 procent bijtelling, ook in 2015. Ik test of je nog steeds met de DS3 voor de dag kunt komen.

De belangrijkste reden waarom je met de Citroën DS3 BlueHDi voor de dag kunt komen is zijn 14 procent bijtelling. Die status heeft de DS3 in het verleden al een groot succes bezorgd, maar dat deed hij voorheen met 92 en zelfs even met 68 pk. Nu krijg je maar liefst 102 pk en ook nog met een lager theoretisch verbruik.

Overhouden

De 92 pk sterke e-HDi voldeed eigenlijk al in de 1.060 kg wegende DS3. In de basis is de motor niet veranderd, maar naast de 10 pk vermogenswinst steek je ook nog 24 Nm aan extra koppel in je zak. Met de nu beschikbare 254 Nm bij 1.750 tpm heb je een motor die... eigenlijk even toereikend aanvoelt als zijn voorganger. Rijd je ze direct na elkaar dan zal je wellicht enig verschil in acceleratie bemerken, maar de winst lijkt verwaarloosbaar. Dat theoretische toerental waarbij het koppel vrijkomt voel je trouwens ook in de praktijk: beneden 1.750 tpm gebeurt er niet bijster veel, terwijl de DS-telg daarboven vrij grote stappen maakt. Wel kun je in deze compacte Citroën gerust ‘80 in z’n vijf’ rijden dankzij de iets kortere versnellingen. Met z'n gelijkgemotoriseerde grote broer, de C4 Cactus, is dat geen groot genoegen. Met een toerental van 2.250 tpm bij 130 km/u blijft het aan boord lekker rustig op de snelweg.

Al met al zorgt de transitie van e-HDi naar BlueHDi niet voor schokkende verschillen, wat ook blijkt uit het testverbruik. Met de aangepaste motor realiseerde ik zonder moeite om zuinig te rijden een praktijkverbruik van 1 op 20. We zijn er inmiddels aan gewend dat het praktijkverbruik schril afsteekt tegenover de fabrieksopgave (1 op 33,3), maar het testverbruik is absoluut netjes.

Nu krijg je maar liefst 102 pk en ook nog met een lager theoretisch verbruik.

Het uiterlijk suggereert misschien dat de DS3 uitnodigt tot sportieve gedragingen, maar dat ligt genuanceerder. Deze Citroën is zeker geen sportman. Daarvoor biedt hij ondanks de vrij stevige vering simpelweg teveel comfort en filtert hij teveel informatie weg. Neem bijvoorbeeld de stuurinrichting, die wel erg direct is maar ook licht. Ondanks de goede grip in bochten mis je er wat gevoel bij. Op de snelweg hoef je weinig te doen om van rijstrook te wisselen, wat in eerste instantie enigszins nerveus overkomt. Na de nodige kilometers went dat en is de DS3 vooral een fijne snelwegcruiser. De teller staat zó op 170, daarboven gaat accelereren minder gemakkelijk. Toch zou je 189 km/u kunnen halen.

Kleine lettertjes

Van een auto die is aangekondigd als 'vernieuwd' verwacht je stiekem wel iets meer dan een paar nieuwe koplampen. Aan de achterkant springt mijn hart over van blijdschap wanneer ik de 3D-achterlichten ontwaar, maar echt nieuw zijn deze niet. Ze komen namelijk rechtstreeks van de DS3 Cabrio, waarop ze al een tijdje leverbaar zijn. Maar mooi en bijzonder is het zeker en samen met de nieuwe koplampen geven ze de auto zowel letterlijk als figuurlijk meer uitstraling.

De grootste verrassing is jouw deel wanneer je verwacht dat de nieuwe verlichting standaard is. Dan kom je van een koude kermis thuis, want de kleine lettertjes vermelden ze pas vanaf de – tijdelijk leverbare – So Irrésistible-versie als standaard gevoerd worden. En dat is jammer, want ze dragen niet alleen bij aan een betere uitstraling maar ook aan een beter zicht. De naamgeving van de koplampen is met ‘Xenon Full-LED’ wel verwarrend, maar het komt erop neer dat de auto is voorzien van bi-xenonlampen gecombineerd met LED-grootlicht. Zowel dim- als grootlicht zorgen voor een mooi en goed, maar niet uitzonderlijk lichtbeeld.

De 3D-achterlichten van de Citroën DS3 komen rechtstreeks van de DS3 Cabio.

Klassiek dashboard

Nee, de Citroën DS3 heeft niet écht een klassiek dashboard. Het ontwerp was altijd al mooi en kan ook zonder aanpassingen nog wel wat jaartjes mee. Het zwarte hoogglans kunststof is gebleven en trekt als vanouds stof aan, maar het materiaalgebruik is goed. Met name de toplaag, die met textiel overtrokken lijkt maar bestaat uit zachte kunststof. Het 'klassieke' element van het dashboard wordt gevormd door het infotainmentsysteem. Hoewel het scherm daarvan op perfecte aanraakafstand zit, blijkt het geen touch-functionaliteit te hebben. Daardoor blijf je veroordeeld tot de priegelige, laag zittende knopjes in de middenconsole.

Andere basale zaken zijn meer dan in orde. Het stuur laat zich in hoogte en diepte verstellen en ook de stoel is ruim genoeg instelbaar. Een goede zitpositie vind je snel, al voelt het aan alsof je net wat te hoog zit. De stoelen zijn niet sportief van snit, maar zijn ook voor langere ritten goed genoeg. Dat geldt tenminste als je voorin plaats mag nemen, achterin kom je er minder goed vanaf. De hoofdruimte is nét toereikend voor mensen tot 1,75 meter, maar veel langer moet je niet zijn. De geinige handgrepen op de B-stijlen zijn gebleven. Vrij zinloos, maar wellicht handig bij een wat enthousiastere bestuurder.

Je reinste broedermoord

Met zijn nieuwe motor is de Citroën DS3 voorbereid op zeker één extra levensjaar in de populaire bijtellingsklasse. Het lijkt mij dat hij daar opnieuw menig hart zal veroveren. Daarvoor is hij immers goed, maar zeker ook mooi genoeg. Toch is het jammer dat z'n 'facelift' zulke beperkte gevolgen heeft, want feitelijk bestaat die enkel uit de vernieuwde motor. Die hippe lichtunits krijg je immers niet op de instapversies. Kwalijker is nog wel het verouderde infotainmentsysteem, dat het qua gebruiksvriendelijkheid aflegt tegen de touchscreens van tegenwoordig. Daar zit gelijk de crux. De DS3 is namelijk als BlueHDi verkrijgbaar vanaf 20.690 euro terwijl er een grotere, ruimere en minstens even guitige C4 Cactus bij is gekomen. Die mag met dezelfde motor weg voor 19.490 euro en is niet alleen nieuwer, maar ook moderner uitgevoerd. Net als de DS3 heeft hij 14 procent bijtelling. Hoewel de DS3 een specifieke doelgroep aanspreekt die design boven praktische eigenschappen verkiest, is het je reinste broedermoord.