Op een vrijdag als alle andere staan twee auto’s bij een tankstation. Een grijze heer wast de voorruit van z’n Volkswagen Golf, terwijl ernaast een witte BMW 3 Serie volgegooid wordt met diesel. Klaar voor de volgende leasekilometers. Het is een doorsnee tafereeltje dat je bij elk benzinestation in Nederland kan tegenkomen.

Toch is dit tafereeltje net iets minder gemiddeld dan het op het eerste gezicht lijkt. De ogenschijnlijk ‘doodnormale’ leaseauto is de 320d EfficientDynamics Edition, het voorlopige hoogtepunt van BMW’s brandstofbesparende programma. De droge cijfers, zoals de fabriek ze opgeeft: 109 gram CO2 per kilometer, 1 op 24,4, energielabel A, 20 procent bijtelling. En dat in combinatie met het felbegeerde blauwwitte logo en 163 pk. Tel daarbij op dat de zuinige 3 Serie 3.300 euro goedkoper is dan de normale 320d en je als bonus ook nog een setje lichtmetalen wielen meekrijgt en de nieuwe lieveling van zakelijk rijdend Nederland lijkt te zijn gearriveerd.

De zuinigheidsrit gaat naar het Franse stadje Saint-Omer, onder de rook van Calais. Overal zal ik de maximale snelheid aanhouden, om in precies 500 kilometer te beoordelen of deze BMW echt zo zuinig is als BMW belooft. Met een klik geeft de pomp aan dat de brandstoftank helemaal vol is, de reis met de BMW van Besparen kan beginnen.

Zeemansgraf

Waarom zet ik juist koers richting Het Kanaal? Omdat daar de man verdween die de dieselmotor uitvond en zijn naam gaf. Rudolf Diesel verdween in 1913 onder raadselachtige omstandigheden op een boot op weg naar Londen. Of het zelfmoord was of een aanslag van de Duitse geheime dienst is nooit opgehelderd. Het is een beetje een griezelverhaal, maar zonder het lijdend voorwerp van dit verhaal waren we misschien nooit op diesel gaan rijden.

Na de eerste veertig kilometer van de reis zien we het gemiddelde verbruik van de dieselmotor alleen maar beter worden. De boordcomputer meldt een gemiddelde van 1 op 20,8. De efficiëntie is altijd typisch geweest voor de dieselmotor. Het was z’n bestaansrecht. Een groot deel van Diesels leven stond in het teken van brandstofefficiëntie. Stoommachines hadden in zijn tijd een rendement van slechts 10 tot 15 procent, de rest van de energie vervloog als warmte. De dieselmotormotor werd vooral ontwikkeld als vervanger van de inefficiënte stoommachines.

Om zuinig te blijven rijden, en daarmee slaafs de aanwijzingen van de schakelindicator op te volgen, moet je wel veel schakelen

Verfijning

Aan boord van de BMW ervaar je alle verfijning die past bij het Duitse merk. De manier waarop je zit is daarvoor illustratief. De optionele sportstoelen zitten lekker, hoewel ze wat aan de smalle kant zijn. De zetels zijn op bijna elke manier verstelbaar, zo kan het zitvlak gekanteld worden en de zitting worden verlengd waardoor de steun erg goed is. Samen met het veelvoudig verstelbare stuur zit je eigenlijk altijd perfect. De BMW dwingt je tegelijk wel om in de juiste houding te zitten, waardoor je niet even lekker onderuit kan zakken op een langere rit. Zo prettig als de voorstoelen zijn zo krap is het op de achterbank, waar het je met name aan beenruimte ontbreekt.

Het dashboard is typische BMW: een hightech-uitstraling dankzij een strip glanzend metaal. Boven de middenconsole zit het informatiescherm, met daarin onder andere het navigatiesysteem ‘Professional’. Het werkt erg prettig en is met een meerprijs van 334 euro niet duur. Bovendien raadt het systeem je aan om een alternatieve route te nemen bij radarcontroles, een ‘must–have’ voor iedere BMW rijder. De manier waarop je door de menu’s navigeert met de iDrive-knop is goed voor elkaar. De motor draait een rustige 1.750 toeren en doet stilletjes zijn werk. Alleen de banden en de wind zijn zachtjes hoorbaar. Het is de verfijning die past bij een ‘premium’ sedan.

Lange tijd werd verfijning niet met diesels geassocieerd. Lange tijd waren dieselmotoren niet eens geschikt voor auto’s. In het begin waren ze te zwaar. Door de hoge compressie moesten de blokken stevig gebouwd worden. Een ander probleem was dat de motoren aanvankelijk maar op één toerental konden werken. Uitstekend voor industriemotoren, lastig voor een auto. Pas toen Robert Bosch een speciale pomp uitvond waarmee toerental en opbrengst gevarieerd konden worden, kon de motor ook in rijdende voertuigen gebruikt worden.

Wie gewend is om zijn hand op de pook te leggen tijdens het rijden, leert dat snel af in de BMW

Weinig toeren

De zelfontbrander werd in de loop der jaren steeds geciviliseerder, dus soepeler, stiller en zuiniger. Onder andere dankzij Bosch, dat samen met Fiat common rail inspuiting ontwikkelde.

Ten opzichte van de gewone 320d heeft de EfficientDynamics Edition een iets anders geprogrammeerde motor. Het vermogen nam daardoor af van 177 naar een nog altijd meer dan respectabele 163 pk, terwijl de trekkracht juist toenam van 350 naar 380 Nm koppel. Beide versies zijn nagenoeg even snel. Wel een opvallend verschil is dat het maximale vermogen van de zuinigere EDE al vrij komt bij 3.250 toeren per minuut, 750 tpm eerder dan bij de normale 320d.

Zo weinig toeren als de 320d EDE nodig heeft is bijzonder te noemen. Om de motor van de 320d EDE een bescheiden stapje terug te laten doen, zijn de overbrengingsverhoudingen van de versnellingsbak aangepast en is het vliegwiel gemodificeerd. Het zorgt ervoor dat je weinig toeren hoeft te maken. Danzkij het aangepaste vliegwiel kan de motor dit makkelijk aan. In tegenstelling tot bij veel andere dieselmotoren kun je met deze 320d, zonder dreunen of tegensputteren vanaf zo’n 1.000 tpm optrekken. Daarbij is de gasrespons en trekkracht adequaat. Vanaf 1.500 toeren is er meer dan voldoende trekkracht voorhanden om je het gevoel te geven met een lekker vlotte BMW op pad te zijn.

Zo weinig toeren als de 320d EfficientDynamics Edition nodig heeft is bijzonder te noemen

Trillende pook

Na een paar honderd kilometer, soms afgeremd door wegwerkzaamheden, dient zich de eerste echte verkeersmalheur aan. De file op de ring van Antwerpen. Ruim van te voren gas los om energie te sparen en dan valt op dat de auto nauwelijks vaart mindert. Dat komt omdat de (rol)weerstanden van deze 3 Serie door BMW zijn geminimaliseerd. Als ik eenmaal stil sta dan zet ik de versnellingbak in z’n vrij en laat de koppeling opkomen. Meteen wordt het start-stop systeem geactiveerd en slaat de motor af.

Als het verkeer weer gaat rijden is het even schrikken. Bij het aanslaan van de motor maakt de versnellingspook wild schuddende bewegingen. Ook klinken uit het geopende raampje wat onvervalste dieselgeluiden, ernstiger dan we gewend zijn van een auto uit deze prijsklasse. Om het onderste uit de kan te halen qua zuinigheid, heeft BMW weer wat typische diesel onvolkomenheden de kop op laten steken.

Het fileleed blijft nog even aanhouden. Optrekken naar 70 km/u, afremmen naar stapvoets - het gaat een uur lang door. Om zuinig te blijven rijden, en daarmee slaafs de aanwijzingen van de schakelindicator op te volgen, moet je wel veel schakelen. Dat is een genot, zeker tijdens deze trage kilometers is goed te merken hoe goed koppeling en versnellingsbak zijn. Het aangrijpingspunt van de koppeling laat zich goed voorspellen en de slag van het pedaal is niet te lang. De versnellingsbak schakelt met korte slagen, biedt een lichte weerstand maar is vooral trefzeker en soepel. Wel blijft de trillende pook opvallen. Wie gewend is om zijn hand op de pook te leggen tijdens het rijden, leert dat snel af in de BMW. Tegelijkertijd blijft opvallen hoe weinig brandstof de BMW nodig heeft. Met 70 km/u in de vijfde versnelling, nauwelijks 1.250 toeren draaiend, geeft de verbruiksmeter af en toe surrealistische waarden aan. Aan het einde van de file is het gemiddeld verbruik inmiddels gedaald tot 1 op 24,3. Nog minder dan honderd kilometer naar Frankrijk.

Het navigatiesysteem ‘Professional’ werkt erg prettig en is met een meerprijs van 334 euro niet duur

Freude am Fahren

Het comfort in de BMW blijft, zelfs op de Belgische snelwegen, goed voor elkaar maar je kunt wel voelen dat het wegdek minder wordt en de hobbels groter. Dan is het gladde, Franse asfalt wel zo prettig.

Het genoegen is maar van korte duur, het laatste uur van de reis wordt afgelegd over B-wegen. Hier krijg ik de kans om zogenaamde ‘Freude am Fahren’ te ervaren. De besturing is intuïtief, communicatief en niet te licht, hoewel nog iets meer tegendruk niet erg zou zijn. Het onderstel is prettig, de auto ligt goed op de weg.

De brandstofmeter is weinig gezakt in de afgelopen zes uur. Tijdens het laatste stukje van de reis vraag ik me vooral af hoeveel brandstof er werkelijk verbrand is. Na het tanken kan ik gaan rekenen. Het verbruik? 1 op 24,5.

Zoals het bedoeld was

De BMW is een auto zoals Rudolf Diesel het vast graag had gezien: efficiënt en zuinig. De kleine nadelen: een iets te nadrukkelijk hoorbaar dieselgeluid en de zo nu en dan stevig trillende pook. Beide zaken passen niet goed bij een auto met deze prijs, ook al ben je 3.300 euro minder kwijt dan voor een normale 320d. Aan de andere kant: het brandstofverbruik past ook niet bij zijn klasse. De efficiëntie is opmerkelijk goed en de beloofde cijfers worden in de praktijk waargemaakt. Uitkijkend over het water waar Rudolf Diesel om het leven kwam, durf ik wel te zeggen dat de 320d precies is zoals Rudolphs motor bedoeld was.