Lexus werd 25 jaar geleden als nieuw automerk geïntroduceerd. Het luxekindje van Toyota ging met de LS 400 gelijk de strijd aan met toplimousines als de Mercedes-Benz S-Klasse en Jaguar XJ. En hoe! Lexus’ eerste model maakte veel indruk. Tegenwoordig doet Lexus dit niet met een zijdezachte V8 maar met uitstekende hybridetechniek. De keuze in motorisatie is (in Nederland) daardoor wel beperkt, maar met de GS biedt Lexus voor het eerst twee verschillende hybride aandrijflijnen. Na de krachtige GS 450h volgt nu de GS 300h. Met 20 procent bijtelling laat Lexus – net als toen – de concurrentie zweten. Hoeveel deodorant zij nodig hebben, zal uit deze test blijken.

De Lexus GS 300h Hybrid (46.390 euro) bevindt zich met z’n gunstige bijtelling in een select gezelschap. De ruim 10.000 euro duurdere Mercedes-Benz E 300 BlueTEC HYBRID komt qua vermogen (231 pk diesel) en aandrijving het dichtst bij de Japanner (223 pk benzine), maar de Volvo S80 D4 (181 pk diesel) en Mercedes-Benz E 200 NGD (aardgas) doen in mindere mate ook mee. De riante standaarduitrusting spreekt in het voordeel van de Lexus en de hier geteste F Sport Line (vanaf 66.190 euro) is zoals men noemt ‘fully loaded’. Zie de ‘F Sport Line’ als het M-pakket van BMW maar dan zonder dat je een lange lijst van losse opties moet aanvinken. Deze aankleding maakt het tamelijk voorspelbare design van de GS een stuk indrukwekkender.

Aandrijflijn uit de IS

Om tot 20 procent bijtelling te komen, is de zescilinder uit de GS 450h vervangen door de 2,5liter viercilinder uit de IS 300h met 181 pk. Uiteraard des Lexus gekoppeld aan een elektromotor (143 pk) en eentraps CVT-automaat. Met een gecombineerd systeemvermogen van 223 pk en 221 Nm koppel sprint de GS van 0 naar 100 km/u in een respectabele 9,1 seconden. Dat maakt de grote Lexus gevoelsmatig niet bijzonder snel en zelfs wat afwachtend bij volgas. Een blik op de snelheidsmeter zegt iets anders. Bij het verkeerslicht ben je dankzij de snel reagerende elektro- en benzinemotor vlot weg en het ontbreken van schakelmomenten zorgt voor een mooie, onafgebroken acceleratie.

Het toerental komt bij vlot optrekken bovendien nauwelijks boven 4.000 tpm en bij normaal rijgedrag amper voorbij 2.200 tpm. Niet alleen zorgt dat voor een rustgevende rijervaring, ook het geluidsniveau blijft daardoor laag. De geluidsisolatie is uitstekend, iets waar Lexus zich begin jaren ’90 ook al mee onderscheidde. In de ‘Eco’- en ‘Normal’-modus laat het toereninstrument enkel een ecometer zien, in Sport of Sport+ een toerenteller. Ondertussen kun je, dankzij het instelbare kleuren head-up display (1.500 euro), alsnog bijvoorbeeld een ecometer zien in Sport+-modus.

Daar ligt de kracht van de Lexus: wat voor traject je ook rijdt, onzuinig rijden lukt bijna niet.

De Eco-modus is geen aanrader, tenzij je echt voor een laag brandstofverbruik gaat, want de aandrijflijn voelt dan nogal doods. Ook de EV-modus (om volledig elektrisch te rijden onder de 64 km/u) voegt eigenlijk weinig toe, omdat je algauw teveel gas geeft volgens de boordcomputer en de motor weer snel aanslaat. Je kunt de GS beter in Normal of Sport(+) laten staan. Dan beslist de GS zelf wanneer ‘ie volledig of deels elektrisch kan rijden. Bij een constante of lage snelheid is kort het gas liften voldoende om ervoor te zorgen dat de Lexus (even) volledig elektrisch gaat rijden – zolang de regeneratieve accu voldoende vol is.

Sportieve aspiraties

Wat Lexus bijzonder goed voor elkaar heeft is het samenspel tussen de elektromotor, de verbrandingsmotor en de CVT-automaat. Er is tot op heden geen enkele concurrent die hybridetechniek zo goed onder de knie heeft als Lexus. Er zijn nooit vervelende schokken voelbaar en het rijcomfort is door de vrijwel perfecte techniek zeer hoog. Het behaalde verbruik van 1 op 11,8 kan beter maar is bij een semi-sportieve rijstijl helemaal niet onaardig. Sterker nog: een blik op de verbruikscyclus geeft nimmer een verbruik aan dat onder de 1 op 10 ligt. Iets wat normaliter vaak genoeg voorkomt bij bijvoorbeeld snel optrekken of tijdens stadsverkeer. Daar ligt de kracht van de Lexus: wat voor traject je ook rijdt, onzuinig rijden lukt bijna niet.

De F Sport Line is niet alleen uiterlijk vertoon, met zijn 19 inch lichtmetalen wielen en adaptief (sport)onderstel toont de Lexus sportieve aspiraties. Een minpunt is wel dat de brede banden regelmatig last hebben van spoorvorming maar verder biedt het veel goeds. De wegligging is uitstekend en de turn-in is zelfs prachtig. In tegenstelling tot de GS 450h heeft de 300h F Sport Line geen vierwielbesturing, maar dat heb ik absoluut niet gemist. Bij het insturen is de besturing ietwat aan de vage en lichte kant, maar eenmaal verder insturend trekt ‘ie de auto moeiteloos door krappe bochten. Hierdoor voelt de GS compacter aan dan dat ‘ie is. In Sport+ wordt de demping harder, de besturing zwaarder en de gasrespons is (vanaf de Sport) gretiger.

Met meer dan zestig knopjes verspreid over het interieur oogt het binnenste druk

Ieder z’n smaak maar Sport+ vind ik de fijnste stand. De besturing is in alle overige standen namelijk wat afstandelijk en zoals gezegd licht. In Sport+ geldt dit nog steeds maar in veel mindere mate. Zo geweldig als een BMW 5 Serie stuurt de GS niet, maar het is zeker niet onaardig. Je zit bovendien heerlijk in de zeer uitgebreid verstelbare lederen zetels, waarbij je de zitting (uiteraard elektrisch) kunt verlengen. Ook de wangen zijn instelbaar. Opvallend is hoe hard je over drempels kunt gaan, de GS geeft geen krimp. Harde klappen blijven uit, het is alsof de GS over drempels zweeft. Oftewel, de GS biedt een mooie mix rijcomfort en -dynamiek.

Druk door knopjes

De combinatie van 20 procent bijtelling, een aantrekkelijke prijs en rijgedrag zullen de belangrijkste aankoopmotieven zijn. Op meer subjectieve criteria zoals uiterlijk (zowel binnen als buiten) moet de GS de Duitse concurrentie nog even voor laten gaan. Het interieur ziet er goed afgewerkt uit en aan luxe geen gebrek, maar het is op bepaalde fronten typisch Japans. Het immens grote (navigatie)scherm oogt wat ouderwets en met meer dan zestig knopjes verspreid over het interieur - ondanks dat je veel via de muis kunt bedienen - oogt het binnenste druk. De heerlijke zetels (gaaf dat rode leer!) en het geweldige Mark Levinson-audiosysteem met zeventien luidsprekers maken wel veel goed.

Wil je veel luxe voor je geld en bovendien de beste hybride-aandrijflijn: leasen die Lexus!

Achterin biedt de GS 300h ruimte zoals het bij een E-segmenter hoort: genoeg voor twee lange volwassenen om urenlang heerlijk ontspannen te zitten. De kofferbak is – ondanks de ruimte die het accupakket opslokt - met 458 liter verdienstelijk voor deze klasse.

Leasen die Lexus!

De Lexus GS zie je momenteel nog nauwelijks rijden maar de 450h zit dan ook (te) hoog in de markt. Met de GS 300h biedt Lexus eindelijk een betaalbare E-segment auto inclusief bijtellingsvoordeel. Of je nu een standaard model kiest of de F Sport Line met dikke 19 inch wielen: de GS 300h heeft altijd 20 procent bijtelling. Objectief gezien is de Lexus GS 300h Hybrid eigenlijk de beste auto die je kunt leasen, op subjectief vlak ligt de keuze voor een BMW of Audi eerder voor de hand. Maar ben je in de markt voor een auto uit het luxe segment, wil je veel luxe voor je geld en bovendien de beste hybride-aandrijflijn: leasen die Lexus! De GS 300h imponeert en kan de concurrentie met recht laten zweten.