Highlights

  • comeback in middenklasse

  • met 20 procent bijtelling

  • achterwielaandrijving

Met de nieuwe XE wil Jaguar de bestuurders van Duitse premium-sedans verleiden om de oversteek naar Groot-Brittannië te maken. Met de X-Type waagde Jaguar in 2001 een eerste poging. Daarna bleef het stil en trokken de ingenieurs zich terug om te bedenken hoe het beter kon. Is Jaguar met de fonkelnieuwe XE back in business?

De X-Type was de eerste Jaguar met een dieselmotor. Hij brak daarmee met traditionele merkwaarden, maar inmiddels zijn diesels bij Jaguar volledig ingeburgerd. De nieuwe XE heeft ze ook weer, de motoren zijn zelfs in eigen huis ontwikkeld. Eén belangrijk ding doet de XE helemaal anders dan de X-Type: de aandrijving vindt nu plaats op de achterwielen.

Bekijken

De XE is met name aan de voorzijde direct herkenbaar als Jaguar. De koplampen zijn met scherpe lijnen getekend en geven de auto een zelfverzekerde aanblik. Aan de zijkant zie je duidelijk het silhouet van de eerste generatie XF terug. De 17 inch wielen ogen netjes, maar een maatje groter kan ‘ie goed hebben. Adaptieve bi-xenonverlichting (1.120 euro) voorziet de XE van nog fellere en gemenere kijkers, de halogeenlampen van de testauto zien er een beetje gedateerd uit. Aan de achterzijde heeft de XE standaard moderne LED-verlichting, met een lichtprofiel dat aan dat van de F-Type doet denken.

De associatie met een sportwagen krijg je ook in het interieur, het driespaaks stuurwiel en de startknop zijn zelfs identiek aan die van de F-Type. De zwarte hemelbekleding geeft bovendien een geborgen coupé-gevoel. De vormgeving van het interieur is onderscheidend en de afwerking erg netjes, maar de Duitse concurrentie legt de lat voor kwaliteitsperceptie nog wat hoger. Jaguar biedt wel veel aankledingsmogelijkheden aan, zo staan er diverse sprekende kleurencombinaties in de brochure. Daarnaast zijn er maar liefst elf verschillende soorten sierlijsten, voor een chique dan wel moderne of sportieve ambiance.

De ruimte achterin de XE is voor een auto in dit segment verrassend goed.

Zitten

Achter het stuurwiel van de XE zit je lekker laag en relatief diep ‘verscholen’ onder de raamlijn, op fijne stoelen die veel zijdelingse steun bieden. Een prettige zitpositie is zo gevonden, dankzij de uitgebreide verstelling van stoel en stuurwiel. Met mijn 1,88 meter lengte kan ik nog net ‘achter mezelf’ zitten en dat is best bijzonder in deze klasse. De bagageruimte is 455 liter groot en qua formaat net iets kleiner dan die van concurrenten. Een praktische toevoeging is de in drie delen neerklapbare achterbank (600 euro of inbegrepen bij het Premium Business Pack), waarmee je grote bagage kunt doorladen.

Bedienen

Het nieuwe centraal geplaatste touchscreen stuurt onder de noemer ‘InControl’ onder meer diverse autofuncties aan, waaronder het klimaat, de audio en het navigatiesysteem. Ten opzichte van het oude multimediasysteem zijn de graphics mooier.  Het systeem ook snel, de wijze van bediening is (bijna) tablet-waardig. Met de connectiviteit zit het ook wel snor, je smartphone is eenvoudig gekoppeld en er zijn al diverse apps beschikbaar. De klimaatregeling heeft ook nog z’n eigen fysieke knoppen en om het touchscreen heen zijn handige sneltoetsen naar specifieke functies.

Rijden

De geteste motorvariant is de tweeliter ‘E-Performance’ diesel, die met 163 pk en 380 Nm koppel erg sterk is. Er is ook nog een 180 pk-versie met 50 Nm extra trekkracht, maar de instapdiesel is vlot genoeg. De automaatversie gaat in 8,2 seconden van 0 naar 100 km/u en haalt een top van 227 km/u. De achttrapsautomaat van deze testauto past uitstekend bij het rustige karakter van de XE en schakelt bijna onmerkbaar. De royale trekkracht wordt optimaal benut en het schakelkarakter verandert mee met de gekozen rijstand (Winter/Eco/Normal/Dynamic) en je rijstijl. Middels de uit de XF bekende draaiknop op de middentunnel schakel je eventueel van ‘D’ naar ‘S(port)’ en kun je met flippers achter het stuur ook zelf schakelen. Het enige kritiekpunt op deze aandrijflijn is het motorgeluid, dat met name bij deellast tussen 1.500 en 2.000 tpm weinig verfijnd klinkt. Het start/stop-systeem werkt evenmin verfijnd, bij het aanslaan van de motor gaat er een trilling door de auto – gelukkig kan het ook uit.

Led-verlichting aan de achterkant is standaard.

In het interieur krijg je de associatie met een sportwagen, het driespaaks stuurwiel en de startknop zijn zelfs identiek aan die van de F-Type.

De verdere rijdynamiek van de XE oogst alle lof. Groot pluspunt is de achterwielaandrijving die ervoor zorgt dat je geen aandrijfreacties voelt in het stuurwiel, wat resulteert in een zuiver stuurgevoel. Daarmee laat de XE zich met voldoende directheid en precisie in bochten plaatsen, terwijl ‘ie rechtuit nimmer nerveus aanvoelt. Het onderstel brengt rust in de auto, zelfs op slecht wegdek blijft ‘ie comfortabel en toch communicatief genoeg. Opvallend is dat de verschillende rijstanden vooral het enthousiasme van de aandrijflijn beïnvloeden en nauwelijks de mate stuurbekrachtiging.

Betalen

Van het verbruikscijfer op de boordcomputer word je spontaan vrolijk, maar dat is zo’n 15 procent optimistischer dan de werkelijkheid. Aan de pomp ben ik nog steeds aangenaam verrast met testgemiddeldes van 1 op 18,8 en 1 op 16,3 bij een rustige, dan wel sportieve rijstijl. Daarmee blijkt deze ‘E-Performance’ naast sterk ook erg zuinig. De vanafprijs van 39.990 voor een nieuwe XE met deze dieselmotor is scherp. Voor de automaat (2.500 euro) en extra uitrusting zoals lederen bekleding (Prestige-uitvoering: 2.300 euro) en navigatie (Premium Business pack: 2.330 euro) betaal je bij en met wat losse goodies komt de totaalprijs van deze testauto uit op 53.670 euro. Voor zakelijke rijders is er 20 procent bijtelling, zowel voor de 163 pk dieselversie als die met 180 pk. De leaseprijzen van de XE 2.0D beginnen rond de 700 euro per maand en daarmee loopt de Jaguar in de pas met zijn concurrenten.

Jaguar is 'back in business' in het middensegment.

Samenvatting en conclusie

De nieuwe XE biedt naast z’n onderscheidende vormgeving een sportieve zitpositie en bovengemiddeld ruimteaanbod achterin. Het nieuwe multimediasysteem is een grote verbetering en qua interieurafwerking doet deze Jaguar weinig onder voor de Duitse concurrentie. De rijdynamiek staat op een hoog niveau: de XE biedt een aangenaam rijcomfort en stuurgevoel. De nieuwe dieselmotor klinkt weinig verfijnd, maar is wel sterk en mede dankzij de soepele schakelende achttrapsautomaat erg zuinig.

De nieuwe Jaguar XE laat een ijzersterke indruk achter kan ‘de Duitse drie’ op veel vlakken uitstekend van repliek dienen. Z’n relatief lage instapprijs en fiscaal aantrekkelijke dieselmotoren maken de exclusiviteit van een Jaguar bereikbaar voor de zakelijke rijder. De nieuwe XE toont overtuigend aan dat Jaguar back in business is. Durf jij de oversteek te maken?