De Honda Civic kent een bewogen levenscyclus. Vanaf eind jaren tachtig tot aan de millenniumwisseling was de sportief rijdende hatchback erg succesvol in Nederland, maar met de zevende generatie ging het mis. Daarom moest diens opvolger anders zijn en dat hebben we geweten: de futuristische Civic werd in 2006 met gemengde gevoelens ontvangen. Nu is er de nieuwe Civic, waarmee Honda weer belangrijk wil worden in het drukbevochten C-segment. Met een behoudender design en diverse motoren die in de categorie voor 20 procent bijtelling vallen, lijkt dat een realistisch doel.

De inmiddels negende generatie Honda Civic heeft een nieuw ontwerp, maar is tegelijk nog wel herkenbaar als Civic. Zie het als een soort van evolutie van een revolutionair design. Opmerkelijke designgimmicks zoals de opvallende deurgrepen en driehoekige uitlaatsierstukken van de vorige Civic zijn in de prullenbak gegooid, maar de bijzondere koetsvorm is gebleven. Bovendien is de vormgeving meer in lijn met de Insight, zonder dat je nadrukkelijk ziet dat het koetsontwerp draait om een zo goed mogelijke stroomlijn. Vergis je niet, de Japanners hebben hier wel degelijk rekening mee gehouden, gezien de cW-waarde van slechts 0,27.

De schuingeplaatste achterklep met dubbele achterruit kan ik niet mooi vinden en tevens bevordert de spoiler het zicht naar achteren niet. De korte neus met ‘snor’ en de oplopende lijnen aan de zijkant vallen beter in de smaak. De Honda heeft geen ‘perfect’ ontwerp, maar vooral als je de auto schuin van voren bekijkt dan zie je een fraaie en dynamisch ogende hatchback.

Kleurtjes

Het binnenste is eveneens geïnspireerd op zijn futuristische voorganger. Het dashboard is als het ware om de voorpassagiers heen gebouwd. Over de afwerking valt niets te klagen en ook het materiaalgebruik is keurig, al is er ruimte voor verbetering. Op sommige dashboarddelen zouden hoogwaardigere materialen niet misstaan en het leder op het meubilair (standaard op de Executive) oogt wel erg glad. De stoelen zitten overigens uitstekend. Ze zijn lekker ruim en voorzien van een prettige ondersteuning voor je bovenlichaam en benen. Uniek in zijn klasse is dat je de wangen elektrisch kunt oppompen. De tamelijk hoge zit is minder prettig. Lange mensen komen al gauw dicht bij het plafond met hun hoofd.

Uniek in zijn klasse is dat je de wangen van de stoelen elektrisch kunt oppompen

Het instrumentarium is fraai. Niet zo bijzonder als de 3D-look van de vorige Civic, maar met de analoge toerenteller recht voor je neus en de digitale snelheidsmeter onder de dashboardoverkapping is het toch weer iets aparts. De standaard aanwezige Eco Assistent figureert als coach, die aan de hand van de kleur van de snelheidsmeter vertelt of je wel of niet zuinig rijdt. Als je flink op de rem drukt of snel optrekt, licht de snelheidsmeter blauw op. Pas je ‘het nieuwe rijden’ toe, dan wordt de teller groen – een bekende gimmick uit de Insight.

Ruimte voor een kinderfiets

De bagageruimte van de Civic is enorm. Voor je koffers is er 477 liter beschikbaar, dat is 127 liter meer dan in een Volkswagen Golf. De gereden testauto heeft het 2.298 euro kostende navigatiesysteem met ‘Premium Audio Systeem’, waarbij de subwoofer 10 liter van de kofferbak afsnoept - met zoveel overgebleven ruimte is dat geen probleem. De muziekinstallatie klinkt uitstekend, wat het verlies van die paar liter waard is. Met de achterbankdelen omlaag kan je zelfs 1.200 liter kwijt. Het is overigens prima toeven op de achterbank. De beenruimte is riant te noemen, de hoofdruimte is zelfs voor een lang persoon voldoende. Het wel of niet aanwezig zijn van een panoramadak maakt daarvoor overigens geen verschil.

En ik ben er nog niet. De Civic heeft een gimmick die geen enkele concurrent heeft, het is een trucje dat bekend is uit de Honda Jazz. Je kunt de achterbankzittingen namelijk in twee delen omhoog klappen en met hendels aan de onderzijde eenvoudig vergrendelen, waardoor je een enorme bergruimte creëert. Uiterst handig als je eens iets groots moet transporten, zoals tuinstoelen of een kinderfiets.

De achterspoiler bevordert het zicht naar achteren niet

Uitstekend poken

Twee benzinemotoren en één zelfontbrander zijn bij de nieuwe Civic voor de geliefde 20 procent bij te tellen, later komt daar een 1,6-liter dieselmotor bij. Voorlopig biedt Honda voor dieselliefhebbers enkel de 2.2 i-DTEC aan, die 150 pk en 350 Nm levert. De viercilinder voelt vlot aan en laat bij fors gas geven aardig van zich horen, maar lelijk klinkt ’t niet. Op constante snelheid blijft de motor op de achtergrond en is het prettig stil in de Honda. Tezamen met een fijn onderstel dat een geslaagde mix van comfort en dynamiek biedt, is het fijn toeren met deze Civic. Rond de middenstand is de besturing wat doods te noemen. De voortrein reageert direct, maar met weinig gevoel. Een korte links-rechts-beweging op hogere snelheid resulteert in een zweverig aanvoelende auto. Als je de bocht instuurt dan gaat hij juist vol vertrouwen de bocht om. Een aandachtspuntje voor de toekomstige eigenaar bij het nemen van drempels: de korte neus wil gauw over de weg schrapen.

Het schakelen in de Civic gaat prima. Met korte zetten en veel gevoel is het uitstekend poken – ook de pedalen voelen goed aan. Er zijn maar weinig merken die dit zo goed voor elkaar hebben als Honda en Mazda. Het testverbruik komt uit op gemiddeld 1 op 15,5. Dat staat nog ver van het opgegeven verbruik van 1 op 22,7, maar zo’n sterk dieselblok nodigt nu eenmaal uit om goed door te rijden.

Biedt veel, kost ook veel

De nieuwe Honda Civic heeft genoeg sterke punten, maar mist op bepaalde fronten net dat beetje extra. Het dashboard en de zitpositie kunnen niet helemaal overtuigen, terwijl de Civic wel weer heerser is in het benutten van ruimte. De flexibiliteit van het interieur is ongekend en maakt de Honda in het C-segment een unieke auto. Motorisch en rijtechnisch gezien is het een fijne auto, maar de bijzondere bakverhoudingen en de niet consequente besturing maken de Honda niet de lekkerste hatchback. Dat laat niet onverlet dat de auto naar behoren rijdt. Qua prijs loopt de benzine-Civic in de pas met de concurrentie, deze 2.2 i-DTEC is met een vanafprijs van 27.790 euro niet het meest scherpe aanbod. De dikst aangeklede Executive kost zelfs net geen 37.000 euro. De Honda Civic mag dan niet de goedkoopste auto zijn, hij biedt wel veel power, luxe en flexibiliteit.