Tot voor kort was de Honda Jazz een auto die een trouwe groep tevreden rijders liet swingen. Dat die groep groter gaat worden, lijkt met de toevoeging van de ‘Hybrid’ een kwestie van tijd. Dat toverwoord gaat namelijk gepaard met een BPM- en wegenbelastingvrije status en dus ook 14% bijtelling voor de zakelijke rijder. Dat zal leaserijders als muziek in de oren klinken. Bovendien is de Jazz Hybrid met zijn standaard CVT-automaat zo’n 2.000 euro goedkoper dan de ‘gewone’ 1.4 CVT, terwijl het verbruik een stuk lager moet zijn. Als klap op de vuurpijl is de combinatie van de 1.3 en elektromotor even krachtig als de 1.4. Dat klinkt allemaal mooi, maar slaat Honda met de Jazz Hybrid wel de juiste toon aan?

Vaak blijkt dat fabrikanten mooiere cijfers voorspiegelen dan je in de dagelijkse praktijk waar kunt maken. Dat geldt ook voor de Jazz Hybrid, waarvoor Honda een gecombineerd verbruik van 1 op 22,8 opgeeft. Ter vergelijking: de normale 1.4 met CVT zou 1 op 18,5 moeten halen, de handgeschakelde 1.4 ’doet’ 1 op 18,2 en de instapversie - de 1.2 - haalt 1 op 18,9. Tot zover de theorie, want in de praktijk reed de eerder geteste handgeschakelde Jazz 1.4 een keurige 1 op 16. Je mag verwachten dat de Hybrid-versie met zijn efficiënte traploze CVT-versnellingsbak en met behulp van de elektromotor toch een stukje verder zou komen met een liter brandstof, maar dat blijkt niet het geval.

De natuurwetten zijn namelijk genadeloos en altijd van toepassing, behalve op de plaats waar de verbruikscyclus wordt gedaan. Voornamelijk gewicht, luchtweerstand en motorrendement bepalen op snelwegsnelheden het verbruik en daar worden nog altijd de meeste kilometers afgelegd. In het geval van de Jazz Hybrid - die vergelijkbare techniek als de Insight en Civic Hybrid aan boord heeft - blijkt dat je op de snelweg weinig profijt hebt van de elektromotor die de brandstofmotor assisteert. Tegelijkertijd moet de Jazz Hybrid wel ruim 100 kilogram meer gewicht meezeulen dan conventionele Jazz-versies, terwijl de 1.3 motor zonder assistentie van de elektromotor een kleinere krachtsreserve heeft. Kijkend naar de verbruiksmeter van de Jazz zie ik dan ook een weinig indrukwekkend verbruik. Waar ik de - redelijk nauwkeurige - verbruiksmeter in urbaan gebied en op buitenwegen met enig beleid rond de 5,5 l/100 km (1 op 18,2) weet te houden, daar stijgt het verbruik op de snelweg al gauw tot boven de 6,0 l/100 km. Uiteindelijk realiseerde ik volgens de boorcomputer een testverbruik van 6,3 l/100 km (1 op 15,9), wat bij het aftanken 1 op 15,3 blijkt te zijn. Tot tweemaal toe kom ik hierop uit, waarbij tevens moet worden aangetekend dat er met een rustige rijstijl is gereden. Een ronduit teleurstellend resultaat, zeker als je bedenkt dat de eerder geteste 1.4 met handbak, maar zonder elektronische ondersteuning iets zuiniger was. Voor de zakelijke rijder met tankpas maakt het niet uit, maar de particuliere rijder kan zich daardoor aan de pomp aardig bekocht voelen.

Je mag verwachten dat de hybride met CVT een stukje verder zou komen met een liter brandstof, maar dat blijkt niet het geval

Een maatje groter

Toch blijft er genoeg positiefs over om de Jazz Hybrid op je shortlist te laten staan. De Jazz heeft niet voor niets meermaals tevredenheidsprijzen gewonnen, wat iets zegt over de betrouwbaarheid en het bedieningsgemak van de auto. En terecht, want de Jazz is in meerdere opzichten inderdaad een uiterst gebruiksvriendelijke auto. De auto laat zich licht bedienen en de ergonomie is goed, want de functies zijn duidelijk en de knoppen logisch geplaatst. Het interieur is best speels vormgegeven, maar het toegepaste materiaal is niet overtuigend. Harde kunststoffen overheersen, maar het geheel maakt een degelijke indruk.

Een ander pluspunt is de ruimte in de Jazz, zeker als je zijn compacte formaat in ogenschouw neemt. Hoewel voor lange personen de prettig ondersteunende voorstoelen net niet ver genoeg naar achteren kunnen, zit je achterin als een vorst. Er is voldoende been- en hoofdruimte om vier volwassen plaats te bieden en dan blijft er nog een aardige bagageruimte van 300 liter over. Dat is 30 liter minder dan een ‘normale’ Jazz biedt, doordat het accupakket enige ruimte opslokt. In een handomdraai creëer je ook achter de voorstoelen een mooie laadruimte, als je de zitting van de achterbank omhoog klapt tegen de leuning of wanneer je het geheel met een simpele handeling plat gooit voor een vlakke laadvloer. Op ‘papier’ klinkt het ingewikkeld, maar neem maar aan dat het simpel en praktisch werkt.

Qua rijden voelt de Jazz aan als een maatje groter en dat is prettig. De iets hogere zit geeft de bestuurder een goed overzicht op de weg, terwijl de Jazz soepel over oneffenheden en drempels rijdt. Hij weet zijn korte wielbasis goed te verbloemen en gaat niet ‘stuiteren’. Dat comfortabele onderstel zorgt er wel voor dat de koets in vlotte bochten behoorlijk gaat overhellen. Niet echt hinderlijk, maar het geeft duidelijk aan dat de Jazz voor rustige rijders is bedoeld.

De auto is licht te bedienen en de ergonomie is goed

Bloemetjes

De Jazz nodigt ook helemaal niet uit tot een vlotte rijstijl. De traploze CVT-transmissie houdt de motor het liefst beneden de 2.000 tpm, maar als je vlot wil inhalen of invoegen dan klimt de 1.3 gehoorzaam tot boven de 5.000 tpm. Helaas gaat dit gepaard met een rauw motorgeluid dat de rust aan boord verstoort. Zodra je meer haast hebt, gaat dit je tegenstaan omdat de CVT het toerental dan constant hoog houdt. Bij normaal gebruik heb je aan het eerder genoemde lage toerental voldoende, omdat de elektromotor actief assisteert met een scheutje extra koppel. Toch blijken ook hier de natuurkundige wetten van toepassing. De 102 pk’s zijn voldoende voor een acceleratie van 0 naar 100 km/u in pakweg 11 seconden, maar de grootste winst van de hybride aandrijflijn zit hem in de souplesse onderin, waar de elektromotor actief assisteert. Het start- en stopsysteem en de Eco-stand (waarbij de gaspedaalrespons tammer wordt) completeren het groene plaatje. Een in kleuren verspringende snelheidsmeter vormt een verdere aanmoediging om niet al te veel gas te geven. De ‘bloemetjes’ in de boordcomputer belonen uiteindelijk een rustige rijstijl. Wie nooit op de snelweg komt zal best in de buurt van 1 op 18 kunnen komen, maar voor de gemiddelde forens is dat niet realistisch.

Sterke concurrentiepositie

De Jazz Hybrid is in de praktijk lang niet zo zuinig als beloofd en speelt daarmee een valse noot. Toch blijft er wel een lekker deuntje hangen, want het is een fijne auto om dagelijks mee onderweg te zijn. Het onderstel is comfortabel, van binnen is hij ruim en praktisch, de aandrijflijn is uiterst soepel en als het moet ook voldoende snel. Met al zijn fiscale voordelen is hij uniek in zijn klasse en met een vanafprijs van ruim 19 mille is het een aantrekkelijk geprijsd alternatief voor een conventioneel aangedreven Jazz. Ook voor goedkopere en duurdere ‘14%-auto’s’ kan de Jazz Hybrid een gevaar vormen. Zo is hij flink ruimer en niet veel duurder dan bijvoorbeeld een Volkswagen Polo BlueMotion, maar wel een stuk goedkoper, ruimer en praktischer dan een vergelijkbaar uitgeruste Honda Insight of Civic Hybrid. Directe concurrenten als de Opel Meriva of Toyota Verso-S doen sowieso niet mee, want die zijn er niet in een uitvoering met 14% bijtelling en dat is waar de zakelijke rijder vooral naar kijkt. Het zal er allemaal aan bijdragen dat niet alleen de groep tevreden Jazz-rijders toeneemt, maar ook dat Honda vrolijk gestemd zal zijn door het feit dat we deze auto ongetwijfeld steeds vaker met nagelnieuwe kentekens gaan zien.