Het is fantastisch werk om auto’s te beoordelen, maar bij tijd en wijlen ook een beetje ondankbaar. Wat ik schrijf over de nieuwe Volkswagen Polo 1.2 TDI BlueMotion doet er niet toe, verkocht wordt ‘ie toch wel. Sterker nog; zelfs als de gehele pers eensgezind negatief was geweest, dan had het de verkopen waarschijnlijk maar matig gedempt. Met dank aan het sterk vergroende fiscale klimaat in Nederland.

14 procent bijtelling voor de zakelijke rijder is een sterk verkoopargument voor de zakelijke markt maar echt bijzonder is dat je voor de Polo BlueMotion geen wegenbelasting hoeft te betalen. De vrijstelling scheelt in vergelijking met een minder zuinige diesel van hetzelfde gewicht (1.050 kg) toch maar mooi zo’n 850 euro per jaar. Volkswagen claimt een verbruik van 3,3 l/100 km (1 op 30,3) voor de BlueMotion. Een tank zou nauwelijks leeg te krijgen zijn voor je in Milaan bent, aldus Volkswagen. En je tankt de Polo vol voor iets meer dan een euro per liter. Het is een spaarvarkentje op wielen en zelfs als de Polo Bluemotion er zo had uitgezien dan was er nog veel belangstelling voor geweest. Het design doet er bijna niet meer toe.

Stoere junior

Ook als je het uiterlijk wel belangrijk vindt hoef je niet om dit zuinigheidswondertje heen te lopen. Persoonlijk vind ik het met afstand de fraaiste generatie van Volkswagens junior-Golf, met zijn robuuste lichtunits en scherpe lijnen. Zeker in een donkere kleur – zoals de afgebeelde blauwtint – is de Polo een stoere verschijning, vooral voor een auto van dit formaat.

De 15 inch ‘Groenland’-lichtmetalen wielen, standaard op de BlueMotion, staan de auto prima. Een maatje groter was leuk geweest, maar waarschijnlijk had dat het verbruik negatief beïnvloed. En dat is natuurlijk wel de ‘Grund der Existenz’ van dit model. De speciale gesloten BlueMotion-grille, de wat sportievere voorbumper en de standaard meegespoten buitenspiegels doen de Polo zichtbaar goed. De eveneens standaard dakspoiler en 10 mm verlaging maken het ontwerp van de Polo ook nog iets sportiever.

Klasse beter

Het dashboard is zoals je van een Volkswagen verwacht: een vertrouwd ontwerp met herkenbare tellers en een bekende opzet van de middenconsole. Voor een auto in dit segment ziet het geheel er hoogwaardig uit. De afwerking is uitstekend, het is alleen jammer dat de gebruikte materialen daar wat bij achter blijven. Aan de bovenkant van het dashboard is een indrukbare kunststof toplaag gebruikt, maar op andere plekken op het dashboard en in de auto zijn veel minder fijn aanvoelende plastics gebruikt.

Zelfs als de Polo Bluemotion eruit had gezien als spaarvarken was er nog veel belangstelling voor geweest

Daar tegenover staat dat de aluminiumkleurige afwerking van diverse knoppen, handgrepen en tellers er wel ‘premium’ uitziet. De knoppen voelen solide aan en wie zich niet inhoudt bij het aanvinken van opties kan z’n Polo qua luxe op Passat-niveau brengen. Daar hangt dan ook een stevig prijskaartje aan, maar het voordeel van de BlueMotion is dat de opties meeprofiteren van het belastingvoordeel. Dat scheelt bij een navigatiesysteem zomaar 200 euro.

De goedkoopste Polo Bluemotion is de Trendline. Op deze uitvoering is onder andere een middenarmsteun en cruise control standaard, opties waar je bij een anders gemotoriseerde Polo Trendline voor moet bijbetalen. De auto uit deze test is de Bluemotion Comfortline. Die kost 1.000 euro meer, maar biedt dan wel onder andere climatic (airco), centrale vergrendeling met afstandsbediening en in hoogte verstelbare voorstoelen. De zitpositie in de Polo is dik voor elkaar door de uitgebreide verstelbaarheid maar de ondersteuning in met name de zitting kan nog wel iets beter.

De uitrusting, zitpositie en afwerking mogen dan voor dit segment dan prima zijn, op de achterbank is de Polo onmiskenbaar een compacte auto. Een stel kinderen is geen probleem, maar als je met vier volwassen op pad gaat zul je elkaar toch wat ruimte moeten gunnen. De bagageruime is met 280 liter conform zijn segmentgenoten, met als handige aanvulling de dubbele laadbodem.

Robot op de pedalen

Hoeveel brandstof een auto verbruikt is de afgelopen jaren steeds belangrijker geworden. De sterke hand van de fiscale maatregelen dwingt consumenten en leaserijders om te kiezen voor BlueMotion-, Efficiënt Dynamics- en EcoFlex-modellen. Een laag verbruik belangrijk geworden om auto’s te kunnen verkopen. Zo belangrijk, dat fabrikanten er alles aan doen om op papier een fantastisch verbruik te realiseren. BMW is er zelfs herhaaldelijk van beschuldigd auto’s te bouwen die een verbruikstest op de rollerbank ‘herkennen’. Uiteraard met het doel om een zo gunstig mogelijk resultaat neer te zetten.

Een vertrouwd ontwerp met herkenbare tellers en een bekende opzet van de middenconsole

Dat is mogelijk omdat alle auto’s op dezelfde manier getest worden tijdens de NEDC (New European Driving Cycle) verbruikscyclus. De auto wordt op een rollenbank gezet, waarbij een apparaat de auto op een vaste manier laat optrekken en afremmen. Op deze manier is uitgesloten dat weersinvloeden en bestuurderskwaliteiten bepalend zijn voor de verbruiksscore. De NEDC-test bestaat al erg lang, waardoor de simulatie is afgestemd op het trage optrekken van een auto van een jaar of twintig geleden – extreem langzaam naar moderne maatstaven.

Bij de Polo BlueMotion ligt het hogere praktijkverbruik niet alleen aan de bestuurder. Ook de techniek is hier debet aan. Volkswagen heeft niet (alleen) geprobeerd een auto te maken die zuinig ís maar vooral ook zuinig uit de test komt. Stel dat je van Amsterdam naar Utrecht rijdt en ongeveer tot aan je bestemming de tijd neemt om 120 km/u te halen. Zelfs dan is het een raadsel hoe een gemiddelde van 1 op 30 gehaald zou moeten worden. Dat is namelijk het verbruik van de auto bij een constante snelheid van 80 km/u.

Tot ongeveer 2.000 tpm hakkelt de motor bij het optrekken - alsof je ‘m martelt

De Polo BlueMotion is desondanks nog altijd een zuinige auto. 1 op 22 is realistisch en wie echt z’n best doet moet 1 op 24 kunnen halen. Dan moet je rustig gas geven, zeer goed anticiperen en niet de airco gebruiken. De 6 kilometer extra die Volkswagen uit een liter diesel zegt te kunnen halen is alleen mogelijk op een rollenbank en met een zeer geduldige robot op de pedalen. Dat het nauwelijks mogelijk zou zijn om voor Milaan de tank leeg te krijgen is dan ook niets meer dan marketingpraat.

Concessies

Verantwoordelijk voor het lage verbruik is de 75 pk sterke 1,2 liter driecilinder diesel, een type motor dat buiten de VAG groep (waar Volkswagen toe behoort) nauwelijks gebruikt wordt. Om er achter te komen waarom dat is hoef je maar een klein stukje te rijden.

Het voordeel van een driecilinder is dat er minder bewegende delen zijn. Er is dus minder wrijving en meer efficiëntie. Het nadeel is dat een driecilinder niet zo soepel soepel loopt als een vierclinder, omdat de trillingen minder goed door de motor geneutraliseerd worden. Het geluid van de TDI is absoluut beroerd. Tot ongeveer 2.000 tpm hakkelt de motor bij het optrekken - alsof je ‘m martelt. Het klinkt als het geluid van een kinderfietsje met een stok tussen de spaken. Op constante snelheid is ‘ie wel stil, maar het duurt wel even voordat je de gewenste snelheid bereikt hebt. Het andere nadeel van de compacte en zuinige motor is dat hij, ondanks een turbo, gewoon weinig vermogen heeft.

Vanuit stilstand naar 100 km/u accelereren duurt 15,5 seconden en ga je plankgas door naar 120 km/u dan tel je hier nog eens 7,3 seconden bij op. Helemaal treurig wordt het als je probeert bij 80 km/u in de vijfde in te halen. In net geen twintig seconden zit je pas op 120 km/u. In de derde en vierde versnelling duurt het nog altijd een respectabele 10,4 dan wel 12,4 seconden. De 75 pk’s zijn maar net genoeg voor in het dagelijkse verkeer.

Het hogere praktijkverbruik ligt niet alleen aan de bestuurder, ook de techniek is hier debet aan

De motor is zo afgesteld dat hij vooral gemaakt lijkt te zijn om de NEDC-robot te plezieren. Hij moedigt je aan om rustig te rijden. Nobel, maar bij zulke geringe prestaties zorgt dit vooral voor ergernis. Tot ongeveer 1.900 tpm is er weinig trekkracht, daarna gaat de BlueMotion er gevoelsmatig ‘opeens’ vandoor. Met flink slippende koppeling wegrijden gaat het soepelst. Wie het koppelingspedaal snel laat opkomen pruttelt de eerste meters vooruit om pas seconden later, als de 1.900 tpm bereikt zijn, opeens weg te schieten. Wellicht dat een goede chiptuner het motorkarakter wat soepeler kan maken.

Het is jammer dat er aan de motor zulke concessies zijn gedaan, want voor de rest rijdt de BlueMotion net zo prettig als iedere andere Polo. De versnellingsbak is weliswaar nogal hakerig, maar de korte schakelwegen zijn prettig. De koppeling is in de basis uitstekend, je bent er meteen aan gewend. De besturing is eveneens prima voor elkaar. Licht en rond de middenstand wat wollig, maar als je instuurt een stuk directer. Het onderstel kent een mooie balans tussen sportief en comfortabel rijden. Tijdens stevig remmen en sturen helt de auto nog aardig over maar afbreuk aan de stabiliteit doet dit nauwelijks. Hobbels en andere oneffenheden worden mooi weggewerkt. De Bluemotion heeft wel wat minder grip dan een normale Polo, maar daar zal bijna niemand wat van merken. Voor echte noodsituaties biedt het standaard ESP uitkomst.

Groene deal

De Polo BlueMotion is een voordelige auto. Met een vanafprijs van 16.290 euro niet zozeer in aanschaf, maar wel in gebruik. Deze Volkswagen is weliswaar niet zo zuinig als beloofd, maar nog altijd spaarzaam en gecomplementeerd met een lading belastingvoordelen. Bovendien krijg je als BlueMotion-rijder wat extra luxe als onderdeel van de groene deal. Daarvoor moet je wel wat inleveren. De motor is niet erg sterk en bovendien weinig verfijnd. Maar hoeveel maakt het uit, als je het afzet tegen de vele voordelen? Dat deze auto de showroom uit vliegt, is niet meer dan terecht.