Er blijkt een behoorlijke vraag te zijn naar auto’s met hogere instap zonder een ‘busjesachtig’ uiterlijk. De excentrieke Nissan Juke zette 2 jaar geleden de trend en Renault springt daarop in met de Captur. De stoere kunststofranden, het grote merkembleem en de donkere koplampunits geven hem Franse flair. Dat hij met afstand de goedkoopste auto in zijn segment is zie je er niet aan af. Een test zal uitwijzen of er met die prijs ook offers worden gedaan aan de kwaliteit.

Renault positioneert de Captur tussen de Clio (Estate) en Mégane in, maar het prijskaartje zit dichterbij dat van de Clio. Een aanbieding waartegen zelfs prijsvechter Dacia het met de iets grotere Duster aflegt. De basisuitvoering kost met 15.990 euro 1.000 euro meer dan de goedkoopste Clio Estate. Een Peugeot 2008 is precies 2.000 euro duurder dan de Captur, een Juke ‘doet’ minimaal 3,5 mille meer en het prijsgat met de voordeligste Opel Mokka bedraagt maar liefst 6.000 euro. Dat zijn serieuze bedragen, die aangeven dat het Renault menens is.

Geen low-budget

Het ontwerp is fris, ‘clean’ en de familieband met de Clio wordt niet onder stoelen of banken geschoven. De vele glimmende, zwarte kunststofdelen in combinatie met de matzwarte bescherming aan de onderkant van de koets doet erg chique aan. Hij toont wat eigenzinniger dan de Mokka en volwassener dan de Juke. Een gulden middenweg, als je het mij vraagt.

Vind je de Captur toch nog wat te serieus, dan zijn er legio mogelijkheden om de auto naar eigen smaak aan te kleden. Zo kun je kiezen voor two-tone lak waarmee de Captur gelijkenissen gaat vertonen met de excentrieke Avantime van weleer. Verwacht overigens niet dat je vrijelijk elke kleurencombinatie kunt kiezen, want de afdeling ‘Zelfbescherming’ van Renault heeft per basiskleur een beperkt aantal bijpassende daktinten uitgezocht. Je voelt je daardoor geremd in je creativiteit? Dan kun je voor 295 euro je personaliseringsdrang voortzetten met een set dak- en achterklepstickers. Franse creativiteit lijkt weer terug te zijn!

Verwacht overigens niet dat je vrijelijk elke kleurencombinatie kunt kiezen, want de afdeling ‘Zelfbescherming’ van Renault heeft een aantal beperkingen ingebouwd.

De hoogwaardige ‘look’ blijft ook in het interieur overeind. Het beperkt zich echter tot de eerste indruk, want bij nadere inspectie blijkt alles wat van kunststof is keihard te zijn en met slechts een elleboogkussentje is de bekleding van de deurpanelen wel erg karig. Afgezien van het materiaalgebruik is de afwerking verder keurig en het moet gezegd worden dat de Captur niet de enige compacte crossover is met harde interieurmaterialen. Het in hoogglans zwarte kunststof gevatte 7 inch touchscreen van het R-Link infotainmentsysteem (standaard op de Dynamique) springt direct in het oog. Dit systeem werkt prima en ziet er overzichtelijk uit. Het kent maar vier echte knoppen wat betekent dat je de rest van de handelingen via het aanraakscherm verricht. In principe werkt dat goed, al mogen de virtuele knoppen onderin beeld wel wat groter.

Voor wie op een Captur met V6-geluid hoopte volgt nu een teleurstelling, want de motorgeluidensimulator uit de Clio heeft niet zijn weg naar de cross-over gevonden. Wel toont het systeem van de Captur de buitenluchtkwaliteit en bepaalt het afhankelijk daarvan of de lucht in het interieur al dan niet vers mag worden aangevoerd. Bij het rijden achter een stevig roetende vrachtwagen verscheen er direct een rood uitslaand balkje op het scherm. Die wolk van fijnstof bleef mij dus bespaard.

Bekende diesel

In de neus van de Cuptur ligt de 1,5-liter dCi-dieselmotor die al jarenlang in diverse modellen van Renault te vinden is. Dat betekent echter niet dat deze motor verouderd is, want ook naar de modernste maatstaven is het een spaarzame machine. Het testverbruik van 1 op 17,8 bevestigt dat, en de Captur doet z’n best om je richting nog betere waarden te bewegen. Hij evalueert namelijk je rijgedrag op anticipatie, schakelacties en acceleratie. Daarbij is hij weinig vergevingsgezind, want één stevige remactie in het begin van de verbruiksmeting kostte me de helft van mijn goede score en het compenseren daarvan duurde vele honderden kilometers.

Een andere optie om het verbruik te reduceren is de ECO-knop, welke half onder de handrem zit verscholen. Middels deze knop zorg je er onder andere voor dat het volledige prestatiepotentieel van de motor pas aangesproken wordt als je de ‘doordrukstand’ van het gaspedaal gebruikt. Met een sprinttijd van 0 naar 100 km/u in 13 tellen wordt de Captur nooit echt rap, maar goed meekomen met het verkeer is geen enkel probleem. Wel valt op dat de diesel fors nagelt bij stevig doortrekken en dat ‘ie boven de 4.000 tpm buiten adem is. Op constante toerentallen is de motor lekker stil. Vlot opschakelen en profiteren van de trekkracht bij lage toeren luidt het devies.

De Renault Captur toont wat eigenzinniger dan de Mokka en volwassener dan de Juke

De hele rijervaring lijkt daarop afgestemd te zijn, want hoewel ‘ie zich fijn in bochten laat sturen en de ingezette koers lang blijft volgen is het zeker geen sportieveling. De Captur is aangenaam stil en soepel geveerd, erg prettig. Het comfort kent wel een beperking, want wanneer je een verkeersdrempel met een bovengemiddeld tempo neemt verrast de Captur je dikwijls met een springerige achteras die je na verloop van tijd een oncomfortabel gevoel in de onderrug oplevert. Drempels moet je dus met beleid nemen.

Speelruimte

Niet alleen de ontwerpers hebben bij de Captur wat speelruimte gekregen: ook de inzittenden profiteren van deze gunst. Voorin zit je goed op de vrij zachte stoelen en ook achterin kunnen twee volwassenen prima zitten.  De ‘Zipper’-bekleding suggereert misschien dat de Captur vooral gemaakt is voor kinderen, want deze is (vanaf de Expression optioneel, vanaf de Dynamique standaard) afritsbaar en daardoor gemakkelijk uitwasbaar. Of het vaak gebruikt zal worden is niet te zeggen, maar voor de tweedehandsmarkt is het in ieder geval erg praktisch: nieuw stofje erop en het interieur oogt weer als nieuw.

De kofferruimte lijkt in eerste instantie niet heel ruim te zijn met zijn 377 liter inhoud maar na het verwijderen van de dubbele bodem ontstaat er toch wel een forse bak, die wel een vrij hoge tildrempel heeft. Je kunt de kofferbakruimte vergroten tot 455 liter –met dubbele bodem op zijn plaats – door de achterbank 16 centimeter naar voren te schuiven. Hoewel de kofferruimte hierdoor behoorlijk toeneemt maakt het de achterbank tegelijkertijd ongeschikt voor volwassenen. Wanneer je met kinderen op vakantie gaat kan er op deze manier wel flink wat extra bagage mee.

Allemansvriend

Ook al is de Renault Captur een stuk goedkoper dan zijn concurrenten, je ziet dat nergens écht terug. Het interieur is weliswaar niet het meest verfijnd qua afwerking, op technologisch vlak loopt de auto keurig in pas met de andere spelers. De dieselmotor is een bescheiden drinker en zijn prestaties schieten niet tekort – mits je de ECO-stand uitgeschakeld laat. De soms stuiterige achteras is hooguit de enige spelbreker in het verder comfortabele rijgedrag - met een rustige rijstijl is de Captur een allemansvriend. Vriendelijk zijn ook de kosten, want met een CO2-uitstoot van 95 g/km profiteer je met de Captur van 20 procent bijtelling. Datzelfde geldt voor de driecilinder 0.9 TCe-benzinemotor met 90 pk. De Captur combineert ‘aloude’ Franse flair met een ijzersterke prijsstelling. Nu maar hopen dat men de individualiseringsmogelijkheden ook daadwerkelijk benut!