Zoek je de goedkoopst mogelijke mobiliteit, maar wil je wel een nieuwe auto? Dan winkel je in het A-segment. Daar bieden diverse fabrikanten een even divers aanbod van stadsauto's. Tot nu, want Fiat schudt het A-segment op door met een volwaardige B-segment-auto voor een A-segment prijs te komen. De Punto Young is een bijzondere uitvoering, waarbij je alleen de kleur nog zelf kunt kiezen. Of deze 'oude wijn in nieuwe zak' lekkerder is dan het versgebrouwen 'gemeentepils' van Peugeot wijst deze dubbeltest uit.
De pijlers van deze test zijn twee vijfdeurs auto's met airconditioning, die je voor 12,5 duizend euro de jouwe maakt. Zie je beide auto's naast elkaar staan, dan loopt elke vergelijking spaak. De Fiat Punto is de grotere auto met duidelijk meer uitstraling. Niets ten nadele van de Peugeot 108 trouwens, want die heeft voor een 'kleintje' een sterke presentie. Ten opzichte van zijn drielingbroertjes Toyota Aygo en Citroën C1 oogt hij het meest zakelijk en is daardoor het meest geschikt om hier de Punto te plagen. Dat laat onverlet dat de Punto niet oogt als een prijspakker omdat hij van oorsprong niet zo bedoeld is, en de kleine Peugeot wel.
Clichématig rijgedrag
Om het verschil in rijgedrag te kunnen benoemen hoef je eigenlijk niet met de auto's te rijden, want de uiterlijke beschouwing dekt de lading. Het is een enorm cliché, maar de Fiat rijdt volwassener en 'een klasse groter' terwijl de Peugeot vooral excelleert in stadsverkeer. Sterker nog, in de stad is de Peugeot zonder meer de leukere auto. Met zijn lichte, directe besturing en gretig oppakkende driecilinder waan je jezelf koning van de stadsjungle. Toch zijn de pedalen van de Fiat fijner om te bedienen. Ondanks de nogal lange slag van het koppelingspedaal voel je het aangrijpingspunt goed aan, waardoor je soepel wegrijdt. De Peugeot heeft een gevoelloze koppeling en een bijzonder directe gasrespons. Daardoor rijd je al snel met veel te veel toeren weg.
Zie je beide auto's naast elkaar staan, dan loopt elke vergelijking spaak.
De in stadsverkeer wat minder kwieke Fiat voelt zich helemaal in zijn element op de snelweg. Ik zet de 100 pk sterke tweecilinder aan het werk en met een bijzondere, weinig verfijnd klinkende brom zet de Punto aardige stappen. Tenminste, wanneer je eenmaal de 3.000 tpm hebt bereikt want pas dan doet de turbo optimaal zijn werk. Al bij het invoegen staat de Peugeot met z'n ongeblazen, 68 pk sterke driepitter op een forse achterstand die hij nooit meer goedmaakt. De 100 paarden van Fiat zijn hem telkens te vlug af. Een groot gemis op de lange afstand is de cruise control, die op de Young-uitvoering niet af-fabriek leverbaar is. De snelheidsbegrenzer die Peugeot standaard op de Allure-uitvoering levert is een halve maatregel, maar beter dan niets.
De tweecilinder in de Fiat is erg stil op constante snelheid. Als je het toerental op gehoor zou moeten bepalen, verwacht je dat de TwinAir ruwweg de helft van het werkelijk aantal toeren draait. Bij de Peugeot is dit niet het geval, waardoor je de 3.200 tpm bij 120 km/u vrij duidelijk hoort en ook overige rijgeluiden dringen sterker het interieur binnen. Zeker na overstappen vanuit de veel stillere Fiat valt dat op. In de Italiaan hoor je als eerste het windgeruis rond de a-stijlen aanzwellen.
2+2 versus vijf
Over welke motor het fijnst is kan je eventueel nog discussiëren, maar op het gebied van interieurruimte is de Fiat onbetwist de beste. Niet alleen biedt 'ie de best ondersteunende stoelen, ook is het stuurwiel in hoogte en diepte verstelbaar. Bij Peugeot hebben ze ervoor gekozen om het alleen in hoogte verstelbaar te maken, over een afstand van enkele centimeters. Wel slim is de daarbij meebewegende tellerunit, zodat je daar altijd een goed zicht op houdt.
Op de achterbank speelt de Punto zijn meeste troeven uit, met volwassen been- en hoofdruimte. Daar kun je zonder problemen twee volwassenen of drie kinderen kwijt. In de Peugeot ben je altijd beperkt tot twee achterpassagiers die bij voorkeur de puberteit nog niet hebben bereikt. De geboden hoofd- en beenruimte zijn echt ondermaats, ook in vergelijking met andere nieuwe A-segmenters.
De Peugeot 108 heeft voor een 'kleintje' een sterke presentie.
Voor de bagageruimte geldt hetzelfde, de Fiat biedt met zijn 275 liter meer ruimte dan de 196 liter van de Peugeot, al is het knap dat deze nu 57 liter meer biedt dan zijn voorganger. Voor een grotere praktische bruikbaarheid had Fiat best een deelbare achterbank mogen plaatsen. Nu is het alles of niets qua uitbreiden van de bagageruimte, terwijl Peugeot netjes een 50/50 deelbare bank monteert.
Goedkoop of duurkoop?
De auto's verschillen dus als dag en nacht en Fiat heeft een fikse voorsprong opgebouwd als het gaat om interieurruimte en comfort. Maakt dat de Peugeot hier al tot een verliezer? Niet als je op de kleintjes gaat letten, en dat hoort er in deze klasse bij. Kijkend naar de vaste lasten, dan blijkt de lichte Peugeot 108 met 220 tot 252 euro per jaar ruwweg de helft goedkoper in de motorrijtuigenbelasting dan de 460 tot 524 euro kostende Fiat.
Op de achterbank speelt de Punto zijn meeste troeven uit.
Een variabele last is de brandstof, ook daar springt de Peugeot spaarzamer mee om. Met een testverbruik van 1 op 19 scoort de Peugeot een stuk beter dan de Fiat, die amper 1 op 15 wist te halen. Een zuinigheidsrit, waarbij de spaarzame inborst van beide auto's op de proef werd gesteld, onderschrijft dat. De Peugeot liet na een gevarieerde rit van 135 kilometer een verbruik van 1 op 23,8 noteren, de Punto haalde op datzelfde traject 1 op 20,3. Daarbij is het belangrijk op te merken dat je in de Peugeot minder je best hoeft te doen om een gunstig verbruik te halen. De Punto moet je op eieren rijden, de 108 blijft ook bij een 'normale' rijstijl behoorlijk efficiënt.
Tot slot is er de mogelijkheid tot meeruitrusting. Zoals gezegd zijn de Fiat én de Peugeot voor 12,5 mille voorzien van vijf deuren en airconditioning. Ook kun je in beide auto's bellen via bluetooth en muziek afspelen via AUX en USB. Bij de Peugeot doe je dit via een modern touchscreen, bij de Fiat via een niet bepaald intuïtieve Clarion-eenheid, ondersteund door een futiele afstandsbediening. Alle waar is naar zijn geld, maar eerlijk is eerlijk: er bestaan lelijkere radio's.
Als eerste, of als tweede auto
De conclusie van deze dubbeltest is geen eenvoudige. De Peugeot 108 een betere auto dan zijn voorganger en is een heerlijk stads speeldoosje. De Fiat Punto Young is een oudere auto die zich vooral onderscheidt met een bijzonder lage prijs en een groot ruimte-aanbod. In het geval van de testauto's kost hij zelfs minder dan de Peugeot. Dat verschil los je langzaam in op de vaste én variabele lasten, waar de Peugeot ongeslagen blijft. Heb je een auto nodig 'voor erbij', dan heeft de Peugeot meerdere financiële voordelen ten opzichte van de Fiat. Wil je maar één auto op de stoep en heb je niet meer nodig dan de standaarduitrusting van de van de Fiat Punto Young? Dan is deze auto een 'offer you can't refuse'. Met die titel op zak kroon ik hem tot winnaar van deze test.
Bezig met laden van de foto's
