In 1996 gaf Ford ons een compacte, hippe auto die veel harten wist te veroveren. Door een combinatie van opvallende looks en goede rij-eigenschappen werd zijn naam, Ka, al snel een begrip. De tweede generatie Ka is compacter en moderner, maar krijgt tegelijkertijd te maken met een sterkere concurrentie. De derde Ka kreeg twee extra portieren en werd flink pragmatischer. Zijn naam Ka+ vatte het geheel weliswaar goed samen, de verkoopcijfers lieten minnen zien. Zo’n twee jaar na introductie geeft Ford hem een nieuwe motor en een frisse uitstraling. Als eerste in Nederland stap ik in de faceliftversie, op zoek naar nieuwe plusjes.

De Ford Ka+ vindt, net als de compacte SUV EcoSport, zijn oorsprong in Brazilië. Gebruikers stellen daar andere eisen aan hun auto’s en mede daardoor straalt de Ka+ ‘functie voor vorm’ uit. Hij oogt minder hip dan broer Fiesta, dat houdt de auto’s enigszins uit elkaars vaarwater. Dat is maar goed ook omdat beide auto’s in hetzelfde (B-)segment opereren. De Ka+ bedient de onderzijde, de Fiesta zit midden-hoog.

Bekijken

De achterbumper kreeg een ander ontwerp.

De Ford Ka+ oogt als een uitvergrote stadsauto, overduidelijk gericht op praktisch gebruiksgemak. De wielen zijn bescheiden, de koets is hoog en vrij smal. De Ka+ ziet er lief uit, bijna aandoenlijk en juist daar ontleent het model de nodige charme aan. Er bestaan genoeg mensen die hieraan nog waarde hechten en hem als het klassieke ‘snoepje’ zullen betitelen. Wanneer de modewoorden ‘dik’ en ‘gaaf’ op jouw auto van toepassing moeten zijn, dan koop je maar een Fiesta ST-Line. 

Vanbinnen zet Ford de praktische uitstraling voort, maar wel met een heel aardig getekend dashboard. De focus op gebruiksgemak schept ruimte voor onder meer grote portiervakken, bekerhouders in de middentunnel en een handige aflegruimte voor de pook. Een helder centraal aanraakscherm maakt deel uit van het Interieur Pack van 550 euro, net als de volautomatische klimaatregeling en DAB+ radio.

Zitten

Het dashboard is keurig afgewerkt en steekt goed in elkaar.

Dat de Ka+ een auto uit het meer volwassen B-segment is merk je aan de stoelen. Ze zien er weliswaar wat vlak uit, ondersteunen doen ze prima zolang je het in bochten niet te bont maakt. De aangenaam lange zitting bewijst zijn nut op langere ritten. Wel merk je aan de interieurbreedte dat de Ka+ zo’n 3 centimeter smaller is dan een Fiesta, de cockpit is iets ‘knusser’.   

Het openen van een achterdeur leidt tot een verrassing, de Ka+ biedt op de achterbank bijzonder veel bewegingsruimte voor passagiers. De hoofdruimte is gewoon goed, de knieruimte meer dan prima en de voetenruimte onder de voorstoelen is zelfs uitmuntend. Een derde persoon in het midden zou zich door de geringere wagenbreedte iets minder comfortabel kunnen voelen. De kofferbak, tot slot, meet standaard 270 liter en tot 849 liter als je de tweedelige achterbank neerklapt. De hoge tildrempel maakt in- en uitladen iets minder comfortabel, wél heel fijn is dat de achterklep nu met een knop te openen is. Voorheen kon dat alleen vanuit het interieur of met een druk op de contactsleutel.

Bedienen

Navigeren kan alleen via een gekoppelde smartphone.

Ford-rijders vinden feilloos hun weg in de Ka+, waarbij eigenlijk alleen de ruitenwisserbediening opvalt. De achterruitenwisser bedien je door de rechter stuurstengel naar je toe te trekken en de voorruit sproei je juist door het uiteinde van de hendel in te drukken. Ervaren Ford-rijders herkennen deze karaktertrek wellicht uit een van hun vorige auto’s, maar  voor nieuwkomers lijkt het de omgekeerde wereld.

Dat het centrale aanraakscherm minder woorden behoeft dan een simpele ruitenwissershendel zegt eigenlijk voldoende. Het scherm is scherp en helder, het systeem overzichtelijk en de werking aangenaam snel. Navigeren kan alleen door je iPhone met Apple CarPlay of smartphone met Android Auto in te pluggen.

Rijden

De vernieuwde Ka+ is eenvoudiger zuinig te rijden.

De nieuwe 1,2-liter driecilindermotor met 85 pk en 107 Nm koppel is weliswaar op papier niet krachtiger dan zijn voorganger, over de gehele linie voelt hij net iets gretiger aan. Hierdoor rijdt de Ka+ een stuk aangenamer. De versnellingen zijn nog altijd aan de lange kant en om vlot vooruit te komen moet je wat toeren durven maken. Invoegen op de snelweg doe je het best in het derde verzet en om vlot in te halen kun je beter een versnelling terugschakelen. De lange versnellingen zorgen wel voor een aangenaam laag snelwegtoerental van 3.200 tpm bij 120 km/u. Naast het motorgeluid blijven ook andere rijgeluiden keurig op de achtergrond. Sterker nog, de Ka+ is opvallend stil.

Ook prettig is het benzineverbruik. Ondanks lange stukken snelweg met 130 km/u en stevige tegenwind noteer ik over een afstand van 1.011 km een gemiddelde van 1 op 15,8. Met de vorige heb ik niet zo uitgebreid gereden, maar deze bleef steken rond de 1 op 14. Onder betere omstandigheden is het met de driepitter niet moeilijk om 1 op 17 te scoren en met een beetje goede wil lukt 1 op 19 ook. Een significante verbetering.

Naast het motorgeluid blijven ook andere rijgeluiden keurig op de achtergrond. Sterker nog, de Ka+ is opvallend stil.

Elke Ford die je nu kunt kopen rijdt goed, dat is praktisch een gegeven. De Ka+ vormt daarop gelukkig geen uitzondering, al speelt hij het spel op een andere manier. Waar de Fiesta een strakke, sportief rijdende auto met voldoende comfort is, draait Ford met de Ka+ de filosofie om. Comfort voert hier de boventoon terwijl de Ka+ opvallend goed omgaat met een zo nu en dan wat sportievere rijstijl.

Sturen en manoeuvreren gaat licht en soepel terwijl de koets snel de ingezette richting volgt. Dat de Ka+ zacht geveerd is merk je in de bocht, waar hij meer overhelt dan de Fiesta. Op zijn beurt verslindt de Ka+ verkeersdrempels alsof deze bijna niet bestaan. Het maakt de kleinste Ford zeer geschikt voor in de stad en vele soorten matig wegdek. Korte oneffenheden komen het duidelijkst door, maar dat is tegenwoordig eerder regel dan uitzondering.

In deze kleurstelling oogt de Ka+ als een luxe Vignale, al is die uitvoering er niet.

Betalen

Onmisbare toevoeging, deze knop.

De Ford Ka+ is bedoeld als het praktische budget-alternatief voor een Peugeot 208, Opel Corsa en, inderdaad, Ford Fiesta. In die missie is Ford geslaagd, al wringt de schoen er ook. Je moet de Ka+ namelijk tactisch aankleden om van het maximale prijsvoordeel te profiteren. De testauto is op een haar na zo compleet als een Ka+ kan zijn en is met 18.350 euro zo’n 1.000 euro duurder dan de genoemde concurrenten in instaptrim. Wanneer je de uitrustingen gelijk trekt doorbreken deze al snel de 20.000 euro-grens.

De Ka+ is er al vanaf 14.900 euro, maar dat is niet de auto die je moet hebben. Die versie ontbeert airco en de motor levert 70 pk. Met een bijbetaling van 650 euro speel je het niveau Trend Ultimate vrij, met 15 pk extra én airco. Eigenlijk heb je daarmee alles wat je nodig hebt. Houd je van een iets avontuurlijke uitstraling, dan levert Ford je vanaf 18.030 euro graag de Ka+ Active.

Conclusie

De Ka+ is echt beter geworden, dat is al snel duidelijk. Fords budgetauto is nog altijd even stil en comfortabel maar zuinig rijden gaat nu een stuk eenvoudiger. Het ruimte-aanbod is in dit segment uitmuntend en wanneer je kiest voor de Trend Ultimate-uitvoering heb je voor 15.500 euro eigenlijk al wat je nodig hebt.

Waar de Fiesta een Ford is die je met het hart kunt kopen is de Ka+ vooral een rationele aanbieding. Is een supermini uit het A-segment je te klein en is het prijsverschil met de gemiddelde B-segment-auto je te groot? Dan is de Ka+ in alles een gunstige tussenmaat.

Video