Het regeerakkoord van het nieuwe kabinet van CDA, PvdA en ChristenUnie biedt weinig reden tot juichen voor de autobranche. De regeringspartijen willen weliswaar veel extra geld investeren in infrastructuur, maar verhogen de milieubelastingen aanzienlijk om dat te bekostigen.

Van afschaffing van de BPM is vooralsnog geen sprake, terwijl de politieke partijen dat in de aanloop naar de verkiezingen wel hadden aangegeven. Het regeerakkoord geeft een tegenovergesteld beeld. De aanschafbelasting wordt nog meer gedifferentieerd, afhankelijk van de mate waarin een auto het milieu belast. Waarbij alleen de ‘boetes’ en niet de subsidies omhoog gaan. Gemiddeld wordt een nieuwe auto 300 euro duurder. Het levert de regering ongeveer 200 miljoen euro op.

De dieselaccijns gaat eveneens omhoog en op vliegtickets wordt een belastingheffing ingevoerd die 350 miljoen euro moet opleveren. Lang niet alle opbrengsten van deze maatregelen worden in de infrastructuur gepompt. Het financiële overzicht vermeldt extra investeringen ter hoogte van 25 miljoen euro in 2008, 50 miljoen euro in 2009, 75 miljoen euro in 2010 en 100 miljoen euro in 2011. Waar het geld precies voor wordt ingezet, is nog niet bekend.