Consumenten in de autobranche zullen de komende jaren steeds vaker internet gebruiken bij het oriënteren op een nieuwe auto, voorspelt de afdeling Automotive van TNS NIPO.

Maar: de consument zal nog steeds een bezoek brengen aan de traditionele autodealer voordat hij daadwerkelijk over gaat tot aankoop. Internet stelt de consument in staat doelgerichter naar een autowinkel te gaan. Het oeroude showroomconcept is daarbij nog niet over de houdbaarheidsdatum heen, concludeert het onderzoeksbureau.

De particuliere autokoper zal in de toekomst de nieuwe auto niet via internet kopen. Wel neemt het oriënteren via internet sterk toe. Dit beaamt ook dhr. H. Haaker, directeur van autoportaal Autokopen.nl. Ook hij ziet het afgelopen jaar een sterke toename van bezoekers op Autokopen.nl. “Internet is een ideaal middel om je te oriënteren op een nieuwe(re) auto. Daar haal je de informatie en maak je de keuze. Maar het uiteindelijke kopen zul je toch bij de dealer zelf blijven doen.”

In het aanschafproces spelen verschillende dimensies een rol. TNS NIPO onderzocht er zes. Het prijsniveau en het type verkoopkanaal (autodealer of anders) zijn de belangrijkste elementen in het aanschafproces. Daarna komt het persoonlijke contact met een verkoper. In dit contact wil de consument graag onderhandelen over de prijs. Minder belangrijk zijn de proefrit, de locatie van een of juist meerdere verkooppunten en de inruil van de huidige auto.

Onderzocht is of de verkoop van (nieuwe) auto’s via internet zich net zo zal ontwikkelen als bijvoorbeeld de verkoop van reizen via internetwinkels. Er is gevraagd hoe men denkt over een taxatie of proefrit aan huis, besteld via het internet. Dit zijn zaken die uitstekend bij de verkoop via internet passen, maar waar de consument niet bepaald op zit te wachten.

Een aantal mogelijkheden die verkoop via internet zou kunnen bieden, zijn voor een groot aantal consumenten helemaal onacceptabel. Daarbij valt te denken aan het niet kunnen inruilen van de huidige auto (81 procent) en het niet kunnen maken van een proefrit (69 procent). Maar ook in een virtuele proefrit op internet (63 procent) en een virtuele showroom op internet (47 procent) zien maar weinig mensen brood.