“Dames en heren, ik hoef u niet te vertellen dat we in zwaar weer zitten. Het is alle hens aan dek.” Zo, de toon is gezet in de speech van Eric Tak, voorzitter Bovag Autodealers tijdens het Bovag Dealercongres 2013, eerder deze week in Orpheus in hartje Apeldoorn. Bovag-woordvoerder Paul de Waal had ons bij binnenkomst in de perskamer al voorbereid. “Bij veel dealers staat het water tot aan de lippen. We gaan de dealers ‘tools’ aanreiken om te overleven.”

Afgezien van de ter plekke verzonnen columns van Nico Dijkshoorn, waarmee hij ongeëvenaard humoristisch inhaakte op wat er werd besproken, de lezing van Mathieu Weggeman (”Golf spelen is een dure vorm van wandelen”) en vooral van management-goeroe Jos Burger (”Geef nooit korting”, op zijn boek zit dan ook een sticker met de tekst: van 17,95 voor 19,95 - vliegt de winkel uit, zegt hij) viel er dan ook bar weinig te lachen op het negentiende Bovag Dealercongres.

Barricaden

“Achteraf bekeken was 2012 een redelijk jaar met 505.000 registraties. Maar het gemiddeld dealerrendement kwam niet boven de 0,08 procent uit. Nu is al duidelijk dat het er in 2013 niet beter op zal worden. We moeten aan de slag.” Eric Tak besluit zijn speech met: “We gaan de barricaden op.”

Mooi allemaal die kreten (ook “the struggle for life and the survival of the fittest” kwam nog even langs), maar wat betekent zulks in de praktijk? In Rotterdam, waar nieuwe overhemden alleen met opgerolde mouwen worden verkocht, zingen ze niet voor niks: ‘geen woorden, maar daden’.

In Rotterdam, waar nieuwe overhemden alleen met opgerolde mouwen worden verkocht, zingen ze niet voor niks: ‘geen woorden, maar daden’.

Verdienmodel

Belangrijkste pijnpunt in dealerland is volgens Eric Tak dat er al wel minder eigenaren van autobedrijven zijn, maar dat stap 2, namelijk het sluiten van verkoopvestigingen, nog onvoldoende gebeurt. “Ik kan de Bovag-visie aan iedereen uitleggen: minder verkooppunten, dus minder verkoopkosten, ondersteund door erkend reparateurs in de regio. Als de markt met 30 procent krimpt, zoals in de eerste maanden van dit jaar, heb je minder verkoopkracht nodig. De structurele lasten moeten omlaag. De ontkenningsfase moet voorbij zijn. De vraag is niet óf u gaat bewegen, maar wát u gaat beslissen. Of laat u het aan de importeur over of aan de bank?”

Tel daarbij de ‘dubbele downsizing’, te weten kleinere modellen met lichtere motoren, wat leidt tot minder omzet en dus ook minder marge, plus het feit dat moderne auto’s minder onderhoudsgevoelig zijn en dat de totale kilometerprestatie van het wagenpark afneemt, dan is duidelijk dat het verdienmodel van de dealerbedrijven meer dan ooit onder druk staat. Het is maar dat je het weet als autokoper.

Rapportcijfers

Uit het jaarlijkse Rodi-onderzoek, waarin de relatie tussen de dealers en de importeurs wordt gecheckt, blijken de autobedrijven over 2012 het somberst gesteld over het punt ‘winstgevendheid op lange termijn’.

Elk jaar wordt ook een Excellence Award uitgereikt aan de vertegenwoordigers van het merk dat in de Rodi-ranglijst de grootste sprong voorwaarts maakt. Over 2011 kreeg Peugeot nog een 5,7, over 2012 steeg dit cijfer naar 6,5. Kortom, goed voor de Excellence Award. Laat Peugeot overigens niet te snel juichen. Vorig jaar kreeg Nissan de Excellence Award als sterkste stijger over 2011. In het rapport over 2012 staat dit Japanse merk echter weer op de laatste plaats met een gemiddeld rapportcijfer van 4,0.

Autodealer

Volvo kwam vorig jaar met rapportcijfer 7,9 als ’beste automerk’ bij de Rodi-test uit de bus. Ondanks een hogere score van 8,0 lukte het Volvo nét niet om de titel te prolongeren. Lexus staat, net als in 2010, op de hoogste trede van het ereschavot. Rapportcijfer 8,3, maar liefst 0,4 punt hoger dan in 2010.

Van de twaalf Lexus-dealers deden er tien mee aan het Rodi. Nu gaan we niet flauw doen door te stellen dat enkele Lexus-dealers eigendom zijn van de importeur. Want dat de Lexus-dealers stralen van tevredenheid is logisch. Veel beter dan de luxe Toyota-tak het in 2012 deed, vooral dankzij de CT 200h,  kan natuurlijk niet.

Uit de scorelijst blijkt verder dat er zelfs bij een merk als Lexus nog verbeterpunten zijn. Zo geven de dealers een onvoldoende voor het ‘gebruikte wagenprogramma’ en voor ‘coulance van de importeur na de garantieperiode’. Zo zie je, er valt altijd nog wel wat te verbeteren.