‘De toekomst van autojournalistiek ligt op internet.’ Met deze stelling begon gistermiddag een levendige forumdiscussie op de AutoRAI over de kansen en bedreigingen die online media vormen voor gedrukte bladen en de rol van de PR-manager hierbij.

Op initiatief van Autokopen en Móbile gingen vooraanstaande personen uit de wereld van de autojournalistiek met elkaar in debat, onder leiding van Jur Raatjes, momenteel manager PR & Sponsoring bij Mazda Nederland, maar daarvoor ook werkzaam voor diverse media. Het panel, bestaande uit Wim Oude Weernink, autojournalist met lange staat van dienst; Pierrette van Harten, directeur externe betrekkingen van Peugeot Nederland; Vincent Boelen, directeur verkoop van internetportal autokopen.nl en Diederik Plug, autoredacteur van communicatiebureau Móbile, kwam tot de conclusie dat internet weliswaar van grote toegevoegde waarde is, maar dat het gedrukte media zeker niet overbodig zal maken.
“Gedrukte media krijgen een specifiekere plaats, het wordt meer een nichemarkt”, meent Boelen. “Internet is direct en wereldwijd, zodat de consument precies kan raadplegen wat hij wil, wanneer hij dat wil.”
Oude Weernink nuanceert deze opvatting. “Internet is als nieuwsmedium toonaangevend, maar het is ook erg vluchtig. Voor uitgebreidere verhalen waarin dieper op materie wordt ingegaan, blijven autobladen en kranten onmisbaar. Niet voor niets wordt er in dit ‘digitale tijdperk’ meer geprint dan ooit.”
Plug beaamt dit: “De journalistiek verandert. Waar internet een snelle hap is, is een autoblad een diner. Nieuws is minder belangrijk geworden voor geprinte media. De focus ligt meer op verdieping, bijvoorbeeld met interviews en achtergrondverhalen. Internet en print hoeven niet ten koste van elkaar te gaan.”
Vanuit de zaal, vooral gevuld met journalisten en PR-managers, wordt volop ingehaakt op de uitingen van de panelleden. “Ik zie de tweedeling ook niet zo”, zegt freelance journalist Tony Vos. “Internet is gewoon het logische vervolg van de ontwikkelingen in de autobladen. Die zijn door de jaren heen ook steeds meer visueel ingesteld, met meer foto’s en snelheid.”

Minder controle
De explosieve toename van het aantal autosites en –blogs wordt niet als bedreiging gezien. “De hoeveelheid media maakt het misschien wat lastiger, maar met een goede verdeling tussen belangrijk en onbelangrijk kun je nog altijd alles zelf in de hand houden”, aldus Huub Dubbelman, directeur corporate communications van DaimlerChrysler Nederland. Volgens Boelen hebben PR-managers minder controle op de informatiestroom omdat alles via internet wereldwijd direct beschikbaar is. “Het is echter een misvatting dat journalisten nieuws van internet halen”, meent Oude Weernink. “Het is een handig naslagwerk, maar voor vrije nieuwsgaring zijn andere kanalen veel belangrijker.”
Overigens spreken de aanwezigen liever niet van invloed van PR-managers op de media. “We proberen journalisten alleen optimale service te bieden”, aldus Van Harten. Ook Oude Weernink is van mening dat de pers zich niet laat beïnvloeden door het PR-beleid van de importeur. “Invloed heeft een negatieve connotatie. Het gaat om de relatie tussen de PR-manager en de journalist. Die is de afgelopen jaren alleen maar beter geworden.”

Geen journalistiek
Autoblogs worden bovendien niet gezien als journalistieke producties. Boelen: “Een blog wordt gemaakt vanuit interesse en liefhebberij. Daarom wordt ook op een andere manier met informatie omgegaan. Het uiten van meningen kan leuk en waardevol zijn, maar het is geen journalistiek.” De waarde van blogs zit hem volgens de panelleden vooral in het kunnen lezen welke opvattingen leven bij consumenten. Dat het klakkeloos ventileren van (vaak negatieve) meningen, zonder checken van feiten, ook gevaarlijk kan zijn, is voor de meeste PR-managers nog geen reden zich zorgen te maken. “Meestal corrigeren de reacties zichzelf wel weer door de onderlinge sociale controle op een site”, aldus Van Harten.