Een Lotus koop je natuurlijk om zijn rijplezier, maar je kunt er ook van A naar B zonder daarbij nat te worden. Wie dat allemaal nog wat te praktisch vindt, en gaat voor pure lol kan beter opteren voor de Lotus Circuit Car, die – zoals zijn naam al verraadt – uitsluitend voor track days en club racing mag worden ingezet. De openbare weg zal hij nooit zien.

De eenvoudigweg Circuit Car gedoopte sportwagen is gebaseerd op de Elise. Daar herinneren inderdaad nog een paar stylingdetails aan, maar voor de rest werd de carrosserie volledig nieuw ontworpen. De kuip is geheel open en alleen het lage opstaande ruitje biedt enigszins bescherming tegen de elementen. Het interieur is Spartaans zoals je van een echte racer mag verwachten. Lotus levert ‘m als single-seater, maar een tweede stoel behoort tot de mogelijkheden.

Aangedreven wordt de Circuit Car door de 1,8 liter VVTL-i viercilinder van Toyota, voorzien van een compressor, inderdaad dezelfde krachtbron die de Corolla T-Sport Compressor aandrijft. Daarmee schiet je binnen enkele tellen naar de 100 km/h, en na negen seconden wijst de snelheidsmeter al 160 km/h aan. Minder mag ook: de ongeblazen versie heeft vier tellen voor de 0-100 exercitie nodig en elf seconden om de 160 te bereiken.

De auto is uitsluitend bestemd voor circuitgebruik. De Britten zijn immers dol op circuitdagen en merkencups en daar leent deze Circuit Car zich uitstekend voor. Vanaf december gaat hij in productie in een oplage van honderd stuks. Hoeveel Nederlandse kopers er een kunnen aanschaffen, is niet bekend.